Het grootste deel (ca 65%) van het Nederlandse landbouwareaal wordt gebruikt voor de productie van ruwvoer voor vee, bijvoorbeeld gras en snijmaïs. Door dit grote areaalbeslag heeft de wijze van ruwvoerproductie een grote impact op de duurzaamheid van de totale Nederlandse landbouw. Samen met de zaadveredelingssector en de agrarische productieketen onderzoekt Wageningen University & Research (WUR) de komende vier jaar hoe klimaatvriendelijk en -bestendig geteeld kan worden.

Waarom dit onderzoeksprogramma?

De huidige wijze van ruwvoederproductie leidt niet tot de potentieel haalbare kwantiteit en kwaliteit van gras en voedergewassen, en heeft een negatieve impact op grondwater- en oppervlaktewaterkwaliteit, bodemkwaliteit, klimaat en biodiversiteit.

Het in 2019 afgeronde onderzoeksprogramma ‘Ruwvoerproductie & Bodemmanagement’ (2015-2019) heeft al een aantal inzichten opgeleverd in de verduurzaming van de teelt van gras en voedergewassen, evenals handvaten en tools voor boeren.

Er resteren echter nog altijd belangrijke vragen, en er zijn – onder andere in het kader van de visie op kringlooplandbouw van LNV en het klimaatakkoord – nieuwe doelen bijgekomen om ruwvoerproductie en bodemmanagement structureel te verbeteren. Het nieuwe onderzoeksprogramma ‘Ruwvoer, Bodem en Kringlooplandbouw’ (2020-2023) streeft daarom de volgende doelen na:

  • Verlaging van de emissies/verliezen van koolstof, nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen
  • Aanpassing aan klimaatverandering
  • Duurzaam bodembeheer op de korte en lange termijn
  • Verhoging van biodiversiteit
  • Optimalisatie van ruwvoederproductie per oppervlakte eenheid
  • Verhoging van de ruwvoerkwaliteit en -benutting
  • Verhoging van de nutriënten efficiëntie in de teelt
  • Versterking ontwikkelingsmogelijkheden en rentabiliteit melkveehouderij
  • Vergroting innnovatiekracht agribedrijven

Het onderzoek

Het onderzoek is opgedeeld in drie werkpakketten:

Grasland

Binnen dit pakket wordt gekeken naar hoe kruiden- en soortenrijke graslanden ontwikkeld en beheerd kunnen worden ten behoeve van natuur, landbouw, landschap en biodiversiteit. Ook wordt aandacht besteed aan de rol van grazende dieren.

Maïs en andere voedergewassen

Het optimaliseren van de rol van maïs en voedergewassen in teeltsystemen gericht op duurzaam en efficiënt watergebruik en behoud van een goede kwaliteit grond- en oppervlaktewater.

Duurzaam bouwplan

Het voorziene resultaat is een serie uitgewerkte aangrijpingspunten om landschappelijke waarde en biodiversiteit te vergroten in het landelijk gebied, inclusief objectief inzicht in de voor- en nadelen voor zowel de landbouw als de omgeving.

Kennisverspreiding

Het meerjarig, landelijk onderzoeksprogramma (PPS) Ruwvoer, Bodem en Kringlooplandbouw is een publiek-private samenwerking tussen het ministerie van LNV en een consortium van verschillende partijen uit de zaadveredelingssector en de agrarische productieketen, nl. Agrifirm, CumelaForFarmers, Zuivel NL en Plantum (en haar leden DLF, DSV zaden Nederland, Barenbrug, J. Joordens Zaadhandel, Limagrain en Vandinter SEMO). De uitvoering ligt bij Wageningen Plant Research, Wageningen Livestock Research en Louis Bolk Instituut.

De samenstelling van het consortium draagt bij aan een goede kennisverspreiding in de haarvaten van de sector. Om de innovaties en vernieuwingen die uit het onderzoek voortkomen sneller op te kunnen schalen, zullen onder andere ook demonstratie activiteiten in of dicht bij de praktijk plaats vinden, zoals dat bijvoorbeeld eerder is gebeurd bij het project Grondig boeren met maïs.