Uit de voortgangsrapportage circulaire economie blijkt dat de uitvoering van 25 projecten in Gelderland op koers ligt en bijdraagt aan de landelijke doelen. Ondanks veelbelovende resultaten roept Gelderland óók op om barrières weg te nemen en meer landelijke samenwerking. Want het kan en moet sneller. Veel slimme ondernemers in Gelderland zien en werken aan circulaire oplossingen voor bouw en infra, agrofood en circulaire maakindustrie maar lopen nog vaak tegen belemmeringen aan.

Veelbelovende projecten

Om de voedselverspilling aan te pakken is een consortium van 30 bedrijven aan de slag met het verduurzamen van menu’s in horeca, zorg, catering en retail. In totaal gaat het om  1 miljoen borden in Gelderland. Bij elkaar levert dit potentieel een besparing op van 420 ton dierlijke eiwitten en een reductie van 130 ton per jaar aan voedselverspilling.

Om snel en duurzaam te bouwen stimuleert de provincie via verschillende regelingen het gebruik van secundaire en biobased materialen in de bouw. Om de maakindustrie circulair te maken is op 24 maart Boost Circulair gestart, een innovatie-programma met 17 industriepartners om in twee jaar 300 bedrijven circulair te maken. De provincie geeft zelf het goede voorbeeld met de circulaire sloop van Prinsenhof A en de inzet van hergebruikte asfalt.

“Om de kracht van ondernemers nog beter te benutten moeten we ze helpen waar ze tegen knellende regels aanlopen. We zien door Covid en Oekraïne hoe afhankelijk we zijn van grondstoffen uit het buitenland. Slimme ondernemers zien allerlei mogelijkheden voor slimme en schone alternatieven. Ze willen wel maar moeten allerlei onderzoeken uitvoeren omdat die alternatieven landelijk nog niet wettelijk zijn toegestaan. Dit is een drempel met name voor kleinere bedrijven. Om in Nederland alternatieve circulaire grondstoffen en hergebruik te versnellen, vraagt dat om nog meer samenwerken en ook om het  wegnemen van belemmeringen ”, aldus Helga Witjes, gedeputeerde Economie.

Belemmeringen

Zo gaan bouwvoorschriften nog grotendeels uit van traditionele beton en steen. Met als gevolg dat aanbieders van innovatieve biobased bouwmaterialen extra kosten moeten maken om aan te tonen dat hun producten veilig en milieuvriendelijk zijn. Ook milieuwetgeving belemmert circulaire oplossingen. Zoals de status van een restproduct. De mestwetgeving schrijft voor welke stoffen we als mest kwalificeren. Dat vormt een drempel voor aanbieders van nieuwe circulaire producten zoals bokashi (compost) en voor de inzet van teruggewonnen fosfaat en nutriënten uit mest. De provincie wil dat deze belemmeringen worden aangepakt en vraagt het Rijk om steun.

Samenwerken

Een nationale eiwitstrategie kan de mogelijkheden versnellen om in Nederland zelf meer eiwitrijk diervoeder en (plantaardig) voedsel te produceren. Zo kunnen we hier insecten telen met behulp van reststromen als vervanging van soja uit Amerika. Op het gebied van circulaire maakindustrie kan het Oost Nederlandse CESI-ON initiatief met landelijke steun versnellen. CESI-ON helpt bedrijven in de maakindustrie bij de omslag naar circulair ondernemen. Het vergroot de toekomstbestendigheid van bedrijven in de maakindustrie. Ook een gezamenlijke monitoring op het gebied van circulaire economie draagt bij aan het versnellen. Dit vraagt om het uitbreiden van de landelijke Integrale CE Rapportage (ICER) van Planbureau voor de Leefomgeving met regionale monitors.