Het doel van het onderzoek was het in kaart brengen van de geschiktheid en capaciteit van
bestaande gasvelden en infrastructuur (pijpleidingen en platforms) voor CO2-opslag. Daarbij
is ook gekeken naar de snelheid waarmee CO2 in bestaande velden geïnjecteerd kan
worden, de manier waarop vraag en aanbod op elkaar aansluiten, de randvoorwaarden voor
CO2-transport en mogelijke “showstoppers”.
In de studie is uitgegaan van een opslag van 20 Mton CO2 per jaar. Uit eerder onderzoek is
gebleken dat een groot deel van de gasreservoirs op het Nederlands Continentaal Plat
vanuit technisch oogpunt en veiligheidsperspectief geschikt is voor CO2-opslag. Echter, gelet
op de grootte van het reservoir en de haalbare injectiesnelheid, lijkt effectief ca. 35% (ca. 55
gasvelden), geschikt voor CO2-opslag. Deze velden hebben een gezamenlijke
opslagcapaciteit van ruim 900 Mton. De overige velden zullen waarschijnlijk te duur zijn om
ingezet te worden voor CO2-opslag, omdat ze te klein zijn (30%) of nu al zijn ingesloten (ruim
10%). Aangezien productieplatforms aangesloten op uitgeproduceerde gasvelden in
sommige gevallen zullen worden ontmanteld voordat er sprake kan zijn van CO2-opslag, zal
de uiteindelijk beschikbare capaciteit naar verwachting lager uitvallen dan verondersteld.
Omdat het plaatsen van nieuwe platforms en het boren van putten enkel voor CO2-opslag
vanuit technisch oogpunt gezien gecompliceerd en kostbaar is, gaat de voorkeur uit naar het
opnieuw benutten van bestaande platforms en putten. Het hergebruik van bestaande
gastransportleidingen ligt lastiger, omdat de ontwerpdruk van deze leidingen vaak lager ligt
dan vanuit technisch oogpunt optimaal zou zijn voor CO2-opslag. Daarnaast komen
hoofdleidingen pas beschikbaar op het moment dat het laatste reservoir dat op deze leiding
is aangesloten, is uitgeproduceerd. Hierdoor sluiten vraag en aanbod van opslagcapaciteit
niet altijd op elkaar aan in de tijd.
De verwachting is dat tot 2020 uitsluitend pilot- en demonstratieprojecten uitgevoerd zullen
worden. Voor 2020 zal er geen sprake zijn van CO2-opslag op grote schaal op het
Nederlands Continentaal Plat. Een van de redenen hiervoor is dat de techniek van CO2-
afvang nog in de kinderschoenen staat. Inmiddels wordt op nationaal en Europees niveau
gewerkt aan een passend juridisch kader voor CO2-opslag.
NOGEPA beraadt zich op dit moment over de invulling van de volgende fase van deze
studie. Hierbij wordt in ieder geval aandacht besteed aan het kostenaspect van verschillende
transport- en opslagscenario’s. De resultaten van deze tweede fase worden eind dit jaar
verwacht.