H. Wijffels, voorzitter van de Sociaal Economische Raad (SER), toonde zich dinsdag niet ontevreden. Maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo) heeft zich volgens hem in enkele jaren als een olievlek verspreid over tal van ondernemingen. Hij zei dit tijdens een bijeenkomst ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan van Samenleving & Bedrijf (S&B), het bedrijvennetwerk dat in 2000 werd opgericht nadat de SER een advies uitbracht over maatschappelijk verantwoord ondernemen. In dat advies nam de raad stelling tegen de gedachte dat mvo losstaat van de kerntaken van een bedrijf.
Volgens de voorzitter van Samenleving en Bedrijf, T. Rodrigues, hebben de sceptici, die meenden dat maatschappelijk verantwoord ondernemen alleen in een tijd van economische vooruitgang zou aanslaan, ongelijk gehad. “Het tegendeel is het geval geweest. Toen bedrijven de afgelopen jaren hun dubbele winstcijfers zagen verdwijnen, zijn ze juist een zoektocht naar andere mogelijkheden voor een goed imago gestart”, aldus Rodrigues, in het dagelijks leven bestuurder bij het beursgenoteerde bedrijf Ordina. Hij meent dat de tijd dat bedrijven zich niets aan de maatschappij gelegen lieten liggen en aan het eind van het jaar een bedrag voor goede doelen overmaakten, definitief voorbij is. Ze moeten ook wel, aldus de Ordina-topman, die wijst op affaires als de Brent Spar (Shell) en de discussies over salarissen (Ahold). Beide zaken berokkenden de bedrijven grote maatschappelijke schade.
Ondernemingen handelen verantwoord door hun kernkennis te gebruiken bij het contact met de samenleving. Als voorbeeld noemde Rodrigues de inspanningen van TPG om voor de Verenigde Naties pakketjes te bezorgen in moeilijk bereikbare gebieden. “Het heeft het bedrijf een goede reputatie gegeven en de medewerkers het gevoel gegeven dat zij bij het beste bedrijf van de wereld werken.” Rodrigues heeft geen cijfers over het aantal bedrijven dat maatschappelijk verantwoord ondernemen tot de zogenaamde core business rekent, maar denkt dat vrijwel alle grote ondernemingen inmiddels “om” zijn. “De groep topbestuurders die daar wat lacherig over deed, is razendsnel afgenomen.” Op dit moment heeft een grote slag plaats bij de middelgrote en kleinere ondernemingen.
Bedrijvennetwerk Samenleving en Bedrijf sloot dinsdag een overeenkomst met de commissie Pavem, die zich onder aanvoering van Paul Rosenmuller en prinses Máxima inzet voor de positie van allochtone vrouwen. Het bedrijvennetwerk draagt er zorg voor dat een twintigtal grote bedrijven uit de achterban binnen twee jaar 200 coaches leveren. Zij bemiddelen bij het vinden van werk. Ook gaan de bedrijven ondersteuning bieden bij taalverwerving en de voorbereiding op het inburgeringexamen.