Kees Koedijk, decaan van de economische faculteit, is bezig het thema duurzaamheid steviger op de UvT-kaart te zetten. Het faculteitsbestuur wil een ‘groene paraplu’ creëren die de lappendeken aan huidige initiatieven sterker verbindt. Daarnaast wordt gemikt op een paar ‘echte trekkers’, topwetenschappers die aan duurzaamheid een impuls kunnen geven. “Dit wordt globaal het thema van de komende tien, vijftien jaar”, stelt Koedijk, die als wetenschapper duurzaam beleggen onderzoekt.
De economen grijpen hiermee terug op een thema waar de faculteit medio jaren negentig sterk in was, met ‘milieu-toppers’ als de huidige milieu-minister Jacqueline Krahmer.
De economen kiezen nu voor een sterk internationale invulling. “Het moet niet gaan over de zoveelste groennorm uit Den Haag”, aldus Koedijk. Hij is zelf betrokken bij een Zweeds onderzoeksfonds rond duurzaamheid waar miljoenen n omgaan. Er zijn contacten met Amerikaanse universiteiten en CentERdata wil haar panel inzetten voor wereldwijde surveys. De faculteit gaat hiervoor geld vragen via het Taken -en middelen plan (TMP).
De UvT zelf doet praktisch gezien bar weinig aan duurzaamheid, vindt de faculteitsraad van de Faculteit Katholieke Theologie (FKT). De FKT-raad heeft de universiteitsraad onlangs per brief verzocht dit thema op de agenda te zetten.
“Max Havelaar-koffie wordt niet standaard geschonken, het dubbelzijdig printen onvoldoende bevorderd en er wordt niet gebankierd bij de meest duurzame bank, enzovoorts”, aldus raadsvoorzitter Anke Bisschops. Zij vindt het merkwaardig om duurzaamheid wel te onderzoeken en te onderwijzen, maar niet te praktiseren. “De eerste stap is om er zelf iets aan te doen.”
Kees Koedijk is het daarmee eens. “Een gebouw waar je onderwijs geeft, moet je duurzaam inrichten.”