Dames en heren,
Veel dank voor uw uitnodiging om vanmiddag aanwezig te mogen zijn bij deze feestelijke bijeenkomst rond de verzelfstandiging van de CO2-Prestatieladder.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik deze bijeenkomst als heel bijzonder ervaar. Wie had ooit kunnen denken dat een gezelschap als het uwe ooit enthousiast bijeen zou zitten rond een instrument dat bedrijven CO2-bewuster en CO2-efficiënter wil laten werken?
Er is immers een tijd geweest dat de wereld van aanbesteden en ondernemen soms behoorlijk wantrouwend stond tegen duurzaamheidsinitiatieven. Nogal eens – al dan niet terecht – werden milieumaatregelen in delen van het bedrijfsleven vooral geassocieerd met dwang, met financiele en administratieve lasten en met verlies van concurrentiekracht. En je zou denken dat recente sceptische geluiden in het klimaatdebat die twijfels er niet kleiner op zouden hebben gemaakt.
En toch sta ik hier nu voor een zaal vol vertegenwoordigers van bouwend en infrastructureel Nederland die actief een CO2-maatregel willen promoten!
Natuurlijk wordt er volop gediscussieerd in het klimaatdebat, en dat is misschien maar goed ook. Over de exacte mate van opwarming. Over de complexe processen die daarin een rol spelen, inclusief de rol van de mens. Over de exacte gevolgen, en de termijn waarop die zouden optreden. En vooral over de maatregelen die wij kunnen en moeten nemen om de gevolgen te beperken, en tegelijkertijd te zorgen dat wij op een veranderende wereld zijn voorbereid. Kofi Anan noemde het niet voor niets ’the mother of all problems’. In mijn Nederlandse en internationale waterwerkzaamheden zit ik er middenin.
Duurzaamheid is een keuze, maar wel een hele rationele. Feit is dat alle landen in de wereld de ambitieuze doelstelling onderschrijven dat de temperatuurstijging van de aarde beperkt moet blijven tot 2 graden Celsius. Feit is ook dat CO2 als broeikasgas een invloed heeft in onze atmosfeer, en het is hoe dan ook reëel om te verwachten dat er stap-voor-stap steeds krachtiger internationaal beleid zal komen om onze CO2-uitstoot verder te beperken.
Ondernemers zijn gewend te denken in realiteiten, en daarop in te spelen. Het toenemend belang van duurzaam ondernemen is zo’n realiteit.
Bovendien biedt het bij uitstek economische kansen, zeker voor een innovatief en creatief land als Nederland. Niet voor niets maken ook organisaties als VNO-NCW zich sterk voor duurzaam ondernemen. Duurzaam betekent slim, efficiënt en toekomstbestendig; voor onze economie, voor de wereld om ons heen en voor generaties na ons. En dat betekent dat je helemaal geen believer hoeft te zijn om innovatieve systemen voor CO2-reductie toe te juichen (het mag natuurlijk wel, en ik ben dan ook blij te zien dat ook de milieubeweging vandaag goed vertegenwoordigd is).
Duurzaamheid staat inmiddels stevig op de maatschappelijke agenda. Dat is grote winst en geeft in zekere zin al een goed gevoel. Maar daar mag het natuurlijk niet bij blijven. Want als we echte winst willen boeken en voortgang willen maken is een gevoel niet voldoende en zullen we concreet moeten durven worden: praktisch, meetbaar en toepasbaar in de dagelijkse praktijk. Dat is precies wat de CO2-Prestatieladder beoogt.
Door juist de innovatiekracht van het bedrijfsleven in te zetten om de
CO2 prestatie te verbeteren.
Het is natuurlijk niet aan mij om de functionaliteit van deze systematiek in het proces van aanbesteden en aannemen in de praktijk te beoordelen. Daarin laat ik mij graag leiden door u, als initiatiefnemers en meer deskundige stakeholders.
Maar ik herken in de benadering van de CO2-Prestatieladder wel een denkrichting, die mij aanspreekt. Een denkrichting die kan leiden tot doorbraken, versnelling en vernieuwing. Het gaat daarbij denk ik vooral om vier kernbegrippen:
In de eerste plaats: het principe van de ladder is dat hij niet bestraft maar beloont. Positieve prestaties op het gebied van energieverbruik worden beloond in de vorm van betere condities waaronder men een project mag realiseren. Bovendien wordt niet voorgeschreven wat die prestaties precies zouden moeten zijn, maar worden aanbieders uitgedaagd die prestaties zelf te formuleren. Het denken verschuift daarmee van regels naar eigen ambitie. Het commitment van de aanbiedende partij komt centraal te staan. Het gaat dus niet meer om het minimaal vereiste, maar om het maximaal mogelijke.
Die omkering van denken mag niet onderschat worden en geeft een sterke positieve dynamiek in het denken over duurzaamheid.
Ten tweede: de ladder honoreert het delen van kennis en ervaring met andere marktpartijen. Openheid en transparantie zijn belangrijke voorwaarden voor een hoge score op de ladder. Je zou het ook anders kunnen zeggen: in ruil voor aantrekkelijke gunningsvoorwaarden word je geacht om met andere marktpartijen te delen hoe je die gunstige voorwaarden verkregen hebt. Ik hoef in dit gezelschap niet te zeggen hoezeer deze benadering de wereld behoorlijk op zijn kop zet.
Dat geldt ook voor de derde factor: de positieve waardering van een pro-actieve dialoog met ngo’s en overheden over mogelijkheden tot verbetering. De ladder beloont die dialoog. Het bedrijf komt daardoor hoger op de ladder en verwerft aantrekkelijker gunningsvoorwaarden. Ik heb voorafgaand aan deze bijeenkomst ngo’s gesproken, die totaal verrast waren door de impact hiervan. Tientallen bedrijven zochten afgelopen jaar zélf het gesprek met maatschappelijke organisaties over duurzamer bouwen, energiezuiniger materialen en andere mogelijke verbeteringen. U zult begrijpen: dat was men niet gewend…
En tenslotte nummer vier: de ladder stimuleert marktpartijen om concreet samen te werken aan CO2-reducerende maatregelen en -programma’s; met elkaar, binnen de keten, met maatschappelijke organisaties en met overheden. Samenwerking wordt op de ladder beloond met een hogere score. Dat gaat dus nog weer een stap verder.
Graag voeg ik hier zelf nog twee opmerkingen aan toe. In de eerste plaats vind ik het bijzonder en van groot belang dat dit initiatief ontstaan is tussen marktpartijen. Het is u niet opgelegd; u hebt er zelf voor gekozen.
En vervolgens hebt u besloten dat u voor financiering niet wilt aankloppen bij het subsidieloket, maar dat u het beheer van het instrument zelf wilt financieren. Uit bijdragen van de bedrijven en organisaties die er zelf gebruik van maken. Met deze focus op bedrijven in plaats van projecten draagt u ook nog eens bij aan de afname van de administratieve lastendruk, en dat is voor iedereen winst.
Deze denkrichting en werkwijze is niet alleen bijzonder en tegendraads, hij is ook spannend en vernieuwend. Het geeft het voortouw aan het bedrijfsleven om door eigen innoverend vermogen werkelijke duurzaamheid te realiseren.
Maar laten we realistisch zijn: u zult ongetwijfeld nog vele hobbels en obstakels op uw pad vinden. Echte verandering gaat nooit zonder slag of stoot, vooral wanneer de belangen groot zijn. Maar ik twijfel er niet aan dat u gekozen hebt voor een kansrijke benadering, die kennelijk ook andere sectoren in het bedrijfsleven aanspreekt; een benadering die past bij de uitdagingen van vandaag en – veel belangrijker nog – de wereld van mórgen.
Dames en heren, vandaag is een belangrijk moment. Vandaag legt initiatiefnemer ProRail de CO2-Prestatieladder in handen van de samenleving. Een inspirerend cadeau. U kiest daarmee voor een onafhankelijk beheer van de ladder en de ruimte om de ladder ook voor andere sectoren dan alleen bouw en infra toepasbaar te maken. Door deze nieuwe dynamiek kan de ladder een enorm bereik krijgen.
U heeft daarvoor de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen opgericht, onder leiding van een breed samengesteld bestuur, waarin die samenleving gerepresenteerd wordt. Dat getuigt van visie!
Aan het nieuwe bestuur de eer en de verantwoordelijkheid om de dialoog met de samenleving te organiseren en de ladder als instrument door te ontwikkelen, te optimaliseren en vooral ‘scherp’ te houden. Zodat een nieuwe dynamiek ontstaat tussen aanbesteders opdrachtnemers, tussen ketenpartners, maatschappelijke organisaties, kennisinstituten en overheden. Een dynamiek die innovatie bevordert en uitdaagt tot nieuwe creatieve oplossingen. Een dynamiek waarin het bedrijfsleven centraal staat en vaak ook het voortouw zal nemen bij het vinden van duurzame oplossingen.
Zodat ook de ladder ons helpt en inspireert, op weg naar een duurzame economie en een duurzaam leven.
Graag wens ik u daarbij alle succes.