Waterkwaliteit is de nieuwe stikstofcrisis. Deskundigen waarschuwen al een poosje dat Nederland opnieuw ‘op slot’ gaat als het de Europese doelen voor schoner water niet haalt. De industrie gaat daar als eerste last van krijgen, omdat veel lozingsvergunningen niet stroken met de eisen van de Kaderrichtlijn Water, zo blijkt uit onderzoek van het Financieele Dagblad en Platform Investico, met De Groene Amsterdammer en Trouw. Tenminste twaalf grote bedrijven hebben verplichte milieu-onderzoeken niet gedaan of hebben een verouderde vergunning, of voldoen niet aan de toets naar de waterkwaliteit, die ondanks lozingen op peil moet blijven. Burgers en milieugroepen kunnen daar nu al bezwaar tegen maken, en de vergunningen uiteindelijk bij de rechter aanvechten.
Investico vergaarde openbare informatie over waterkwaliteit, uitstootgegevens van bedrijven en tientallen lozingsvergunningen. Zo loost Tata Steel in IJmuiden zoveel kwik in het Noordzeekanaal dat de waterkwaliteit hier achteruit gaat. Dow Chemical in Terneuzen loost te veel zink op de Westerschelde, het Rotterdamse verfbedrijf Tronox te veel kwik op de Nieuwe Waterweg. Toch werden de vergunningen van de drie bedrijven niet aangepast door Rijkswaterstaat.
Loze vergunningen
De vergunning voor Tata is volgens Rijkswaterstaat niet in strijd met de Europese regels, omdat de staalproducent geen normen zou overschrijden, hoewel Tata zelf erkent dat het te veel kwik loost. Dow kreeg de vergunning omdat het weliswaar te veel zink loost, maar daarbij drinkwater bespaart; zou het bedrijf dat niet doen, dan zou de zinkverontreiniging mogelijk zodanig zijn verdund dat hij aan de normen voldoet.
Bij de Rotterdamse raffinaderij van BP (arseen), het Twentse chemiebedrijf KLK Kolb (zink), gelatinebedrijf Trobas uit Dongen en suikerbedrijf Cosun Beets Company bij Dinteloord (beiden stikstof en fosfor) is de verplichte immissietoets naar mogelijke verslechtering van de waterkwaliteit nooit uitgevoerd. Bij voedselproducent Cargill (zink) in Sas van Gent is die toets niet goed uitgevoerd.
De vergunningen van de Shell-raffinaderij en olie-overslagbedrijf VPR Energy in de Rotterdamse haven, de Amsterdamse afvalverwerker AEB en de Groningse zoutfabriek Nedmag (allemaal kwik-uitstoters) zijn achterhaald doordat de normen intussen zijn aangescherpt. In dat geval moet Rijkswaterstaat de vergunning opnieuw toetsen, zegt de Utrechtse hoogleraar omgevingsrecht Frank Groothuijse.
Voor de bedrijven geldt net als in de stikstofcrisis dat “de ruimte om nog een klein beetje extra te vervuilen als het ware op is”, zegt de Utrechtse hoogleraar nationaal en Europees waterrecht Marleen van Rijswick. De overheid heeft de naderende nieuwe crisis over zichzelf en de bedrijven afgeroepen door de slechte waterkwaliteit lang te negeren, vindt zij.
De twaalf bedrijven vormen het topje van de ijsberg. Investico verzamelde informatie uit de databanken voor waterkwaliteit (het Waterkwaliteitsportaal) en voor lozingen van afvalwater (de Emissieregistratie), die zijn gebaseerd op gegevens die bedrijven zelf doorgeven. Als een bedrijf iets loost wat niet is vergund, zoals Chemours recentelijk deed, staat dat niet in de databanken. De landbouw is de grootste watervervuiler, door uitspoeling van meststoffen en bestrijdingsmiddelen, maar dit geldt niet als lozing.
Daarnaast lozen veel bedrijven hun afvalwater doorgaans op het riool, waarna het bij de rioolwaterzuivering terecht komt. De Omgevingsdiensten verlenen hiervoor de vergunning, maar kampen al jaren met tekorten om hier ook toezicht op te houden. Zo kon het Venlose bedrijf Claessen Tankcleaning jarenlang ongemerkt benzeen via het riool lozen op de Maas. Het milieuschandaal kwam deze zomer door onderzoek van NRC aan het licht.
De Kaderrichtlijn Water stamt uit 2000, en stelt dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Europa in 2015 ‘in een goede toestand’ moet verkeren. Lidstaten hadden de mogelijkheid om die einddatum twee keer met zes jaar uit te stellen en Nederland heeft dat ook gedaan: in 2027 moet het Nederlandse water dus aan de KRW-doelen voldoen.
Lees het volledige onderzoek bij De Groene Amsterdammer.
Foto: plant Dow Benelux in Terneuzen