Windmolenfabrikanten reageren niet op het verzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) om inzicht te geven in het gebruik van milieuonvriendelijke metalen en epoxycoatings (kunststof) die mogelijk schadelijk zijn voor het zeeleven. Het RIVM vermoedt dat deze materialen op grote schaal aanwezig zijn in Nederlandse windmolens op de Noordzee.
Het zwijgen van de fabrikanten onderstreept een dringend probleem in de windenergiesector: de informatie over materiaalgebruik en processen in windmolens wordt nauwelijks gedeeld, maar is cruciaal om milieuvervuiling aan te pakken en om grote onderdelen hoogwaardig te kunnen recyclen. We bevinden ons in een kritiek moment, waarbij de groei van windenergie en de toename van windmolenparken een risico op ernstige en grootschalige milieuvervuiling met zich meebrengen.
De branchevereniging Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA) geeft concurrentiegevoeligheid als reden voor de radiostilte van de fabrikanten. Dat argument is begrijpelijk maar niet aanvaardbaar. Alleen al in Nederland zijn er plannen voor de bouw van 5000 windmolens, met een hoogte van tot 260 meter en wieken van 106 meter.
Naast het gebruik van vervuilende coating levert ook de recycling van de windmolenbladen een groot milieuvraagstuk op. Momenteel worden de bladen na hun levenscyclus van 25 jaar begraven of in een vervuilend proces gedowncycled tot cement. Met een beter ontwerp van het proces vanaf vervaardiging tot en met decommissioning kunnen de bladen tot hoogwaardiger producten gerecycled worden.
De fabrikanten van windturbines zouden de verantwoordelijkheid om volledige transparantie te bieden en te investeren in duurzamere processen sterker moeten voelen. Fabrikanten, energiebedrijven en overheden moeten samenwerken met onafhankelijke kennisinstellingen om middels regelgeving volledige transparantie over de gebruikte materialen te garanderen en tegelijkertijd innovatie te stimuleren voor milieuvriendelijkere alternatieven. Ook is verder onderzoek, ook aan de hand van bezoeken aan bouwers en ontwerpers in Nederland, door RIVM nodig om duidelijk te krijgen welke schadelijke materialen in windturbineparken te vinden zijn, wat hun herkomst is, en wat aanbevelingen voor alternatieven zijn.
Als we nu geen werk maken van het verduurzamen van de windmolens, lopen we het gevaar dat ook duurzame energieproductie op grote schaal schade aan het milieu veroorzaakt en laten we een historische mogelijkheid onbenut om een daadwerkelijk groene energievoorziening op te bouwen voor toekomstige generaties.
Rogier Nijssen, lector Slimme materialen voor de energietransitie, Hogeschool Inholland