De energietransitie brengt allerlei uitdagingen met zich mee. Een daarvan is dat de productie van hernieuwbare elektriciteit niet volledig te voorspellen is. De beschikbare energie uit zon en wind wisselt met het weer en dat betekent dat het productie-aanbod niet altijd in balans is met de vraag. Dat kan in de praktijk betekenen dat er op bepaalde momenten te weinig groene elektriciteit beschikbaar is. Die situatie laat zich moeilijk verenigen met de duurzame ambities van veel organisaties. Die willen 100 procent hernieuwbare energie afnemen op het moment dat ze het nodig hebben.
Voor de aantoonbaarheid van hernieuwbare elektriciteit wordt gewerkt met certificering. Een certificaat, dat wordt uitgegeven door CertiQ, geeft een garantie van oorsprong (GVO) over de herkomst en is een jaar geldig. Organisaties kunnen op die manier per maand of per jaar hun verbruik afzetten tegen de hoeveelheid gecertificeerde duurzaam opgewekte elektriciteit en zo iets roepen over de herkomst van elektriciteit, hun footprint en milieuprestaties. Op hoofdlijnen is dit een waterdicht systeem. Toch kan het beter. De specifieke certificaten zeggen eigenlijk alleen dat er afgelopen maand of jaar ergens duurzame elektriciteit is geproduceerd voor de hoeveelheid die jij nu afneemt, maar ze zeggen niets over hoe groen de stroom is die jij op elk moment gebruikt. Mogelijk is het windstil en bewolkt en produceert de gekoppelde duurzame bron niets. Dan draaien je machines en computers feitelijk toch op grijze elektriciteit.
Geen twijfel over groene elektriciteit
Hoe kun je er dan toch voor zorgen dat elke kilowatt elektriciteit die je gebruikt echt groen is? Daarvoor is een nog fijnmaziger en nauwkeuriger systeem nodig. Het is waardevol wanneer organisaties per uur kunnen aantonen uit welke duurzame bron hun elektriciteit afkomstig is en dat meteen afzetten tegen hun eigen verbruik. Uurmatching biedt uitkomst – dit levert een heel precies en gedetailleerd inzicht en maakt het mogelijk om het elektriciteitsverbruik precies af te stemmen op de productie van eigen zonnepanelen en/of extern windpark. Dit systeem levert een uurmatchingscore op en die zegt een stuk meer over je feitelijke footprint en milieuprestaties. Bovendien kun je met het inzicht en je eigen prestaties andere organisaties inspireren om ambitie en praktijk nog beter te matchen.
Uurmatching: de toekomst van energiemonitoring
Uurmatching is al mogelijk maar vooralsnog op vrijwillige basis. Je kunt je niet aan de indruk onttrekken dat dit de kant is die we op moeten en op gaan. Je ziet bij rapportagestandaarden als GRI en RE100 bijvoorbeeld al dat er meer nadruk komt op de nauwkeurigere koppeling tussen bronnen en afname. Daarnaast zijn Europese lobby-organisaties zoals WindEurope de druk aan het opvoeren bij de Europese Commissie om het GVO-systeem fijnmaziger en korttijdiger te maken. Verder werkt de ngo Energy Tag samen met marktpartijen en certificeringsautoriteiten om een certificeringsstandaard op uurbasis te realiseren, de zogeheten granular energy certificates. Deze initiatieven vanuit de markt, in combinatie met Europese lobby werkzaamheden, zullen op termijn bijdragen aan een nieuwe standaard en wetgeving rondom uurmatching.
Een noodzakelijke stap voorwaarts
Uurmatching is een nieuwe stap in de beweging naar duurzaamheid in de praktijk. We moeten uiteindelijk af van de papieren werkelijkheid waarin duurzaamheid slechts een administratief foefje is. Begrijp me niet verkeerd: het certificeringsmodel zoals we dat nu hebben, is een momenteel belangrijk onderdeel van het huidige energiesysteem en heeft een bijdrage geleverd aan de aantoonbaarheid van duurzaamheid. Maar nu is het tijd om door te pakken. Op naar een actuele en directe link tussen opwek en verbruik. Daarmee kunnen organisaties hun duurzaamheidsdoelstellingen daadwerkelijk realiseren en hun echte duurzaamheid aantoonbaar maken voor ketenpartners. Daarnaast kunnen organisaties uurmatching inzetten om anderen te inspireren óók te verduurzamen. Zo is uurmatching niet alleen een logische stap, maar ook een noodzakelijke stap in de energietransitie.
Robert Jan de Boer, Product Developer Duurzaam bij ENGIE.