In hun beroepsuitoefening kunnen controlerend accountants worden geconfronteerd met signalen van mogelijke fraude. In die gevallen treedt de Verordening op de Fraudemelding in werking. Deze verordening schrijft voor dat er nader onderzoek dient plaats te vinden alsmede melding aan het verantwoordelijke management. Indien maatregelen noodzakelijk blijken, vergewist de accountant zich ervan dat deze ook daadwerkelijk door het verantwoordelijk management zijn getroffen.
De Gedrags- en Beroeps Regels voor Accountants schrijven geheimhouding voor ten aanzien van specifieke cliëntaangelegenheden. KPMG dient zich ook in de huidige situatie aan deze geheimhouding te houden. Tijdens de verhoren door de Commissie geldt op wettelijke gronden deze geheimhoudingsplicht niet. Naar aanleiding van de recente specifieke uitingen voor de Commissie omtrent haar fungeren is KPMG niet gehoord.
KPMG benadrukt dat ze haar volledige medewerking heeft verleend en nog steeds verleent aan het onderzoek van de Commissie, onder meer door het beschikbaar stellen van en toelichting geven op de gevraagde informatie. Gezien onze geheimhoudingsplicht en het feit dat de Commissie haar werkzaamheden nog niet heeft afgerond, wil KPMG eerst kennisnemen van het eindrapport van de Commissie en pas na evaluatie hiervan haar reactie geven.