Huizinga onderstreept het belang van meer samenhang en het aanbod van werkgevers, werknemers en milieubeweging om tot een nieuw duurzaamheidakkoord te komen, dat verder reikt dan klimaat alleen. “Juist door de samenhang tussen klimaat, grondstoffen, ketens en biodiversiteit te laten zien en te versterken kan duurzaamheid ‘main stream’ worden”, aldus Huizinga.
Om duurzaamheid uit de sfeer van ‘vrijblijvend’ te halen, is het van belang om onze welvaart ook te meten aan de hand van ons maatschappelijk en natuurlijk kapitaal. Die hulpbronnen zijn minstens zo belangrijk voor welvaart als het economisch kapitaal. De SER adviseert om duurzaamheid met een indicatorenset te concretiseren. Deze aanbeveling kan worden uitgewerkt in de tweede Duurzaamheidmonitor, die begin 2011 moet verschijnen.
Het pleidooi voor een lange termijn duurzaamheidstrategie kan rekenen op steun van de minister. “Het argument ‘nu even geen duurzaamheid om dat het te duur is’ gaat niet op. Willen we de doelstellingen in 2050 halen, zet dan nu de focus op 2050, reken terug wat, hoe en welke maatregelen vanaf nu tot 2050 nodig zijn”, aldus Huizinga. Nu niets doen en later een inhaalslag maken, is duurder en bovendien nadelig voor zowel economie als ecologie.
De SER bepleit betalen voor mobiliteit en verdere vergroening van het belastingstelsel. Een pleidooi dat bij een nieuwe formatie zeker weer een rol zal gaan spelen. Huizinga zegt hierover niet meer dan ‘dat voor een duurzaam en economisch sterk Nederland betalen voor mobiliteit en vergroenen van het belastingstelsel belangrijke randvoorwaarden zijn’. Het succes van het fiscaal belonen van de aanschaf van zuinige auto’s en het extra belasten van benzine slurpers in 2009 illustreert dat het werkt.
Het huidige kabinet zal geen standpunt meer innemen over dit SER-advies. Dat neemt niet weg dat minister Huizinga het belangwekkende advies onder de aandacht zal brengen van haar collega’s in het kabinet en waar mogelijk zal bevorderen dat het advies in de formatie een rol gaat spelen.