De extreme armoede op de wereld is sinds de eeuwwisseling fors gedaald. Tegelijkertijd is de kloof tussen arm en rijk een stuk groter geworden. Die grotere ongelijkheid belemmert mensen om een goed bestaan op te bouwen, remt economische groei en leidt tot conflicten. Terwijl er al meer dan 60 miljoen mensen op de vlucht zijn voor geweld. Minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) zet zich in haar beleidsagenda 2016 nog meer in om deze negatieve trend een halt toe te roepen.
‘Iedereen moet een eerlijke kans krijgen. Landen moeten niet alleen gaan voor economische groei, maar voor eerlijke economische groei. Met de Nederlandse benadering van hulp, handel en investeringen richten we ons op economische groei waar iedereen van meeprofiteert, in Nederland en daarbuiten.’ De groeiende ongelijkheid is het scherpst voelbaar in ontwikkelingslanden. Te weinig mensen profiteren van de groei die de wereld de afgelopen 20 jaar heeft gekend. Ploumen: ’Landen worden rijker, maar grote groepen inwoners merken daar niets van. Om de komende 15 jaar opnieuw 1 miljard mensen uit de armoede te helpen moeten we hier veel scherper op zijn.’
Om de groeiende ongelijkheid aan te pakken investeert Nederland het komende jaar onder meer in de bestrijding van extreme armoede en in staatsopbouw in fragiele landen. Met vernieuwende partnerschappen met Nederlandse maatschappelijke organisaties wil Ploumen daarnaast mensen in ontwikkelingslanden helpen beter op te komen voor hun rechten, vrouwenrechten bevorderen en meer aandacht geven aan de positie van jongeren. Ook de uitsluiting van gemarginaliseerde groepen, zoals gehandicapten, inheemse gemeenschappen of homoseksuelen, wordt aangepakt. In totaal wordt zo’n 350 miljoen ingezet om inclusieve economische groei te bevorderen. Partnerschappen met het bedrijfsleven zijn daarbij een belangrijk onderdeel: ‘Bedrijven hebben kennis en netwerken waar we gebruik van moeten maken. Bovendien kunnen zij banen creëren voor mensen uit kwetsbare groepen’, aldus Ploumen.
Migratie
Ongelijkheid is ook een van de grondoorzaken van irreguliere migratie. Nederland wil voorkomen dat mensen aan een vaak levensgevaarlijke reis naar Europa beginnen. ‘Een groeiende groep talentvolle Afrikaanse jongeren ziet geen toekomst in eigen land. Ze krijgen geen kansen en de welvaart wordt niet eerlijk verdeeld. Daar moeten we – samen met andere landen – iets aan doen.’ De minister heeft al 50 miljoen euro vrijgemaakt voor de bevordering van bedrijvigheid en vakopleidingen in een aantal landen en roept ook de EU op tot een bijdrage. De EU buigt zich momenteel over een voorstel van Nederland, Duitsland en Frankrijk voor een fonds van 500 miljoen voor het creëren van banen voor Afrikaanse jongeren.
Tegelijkertijd moeten landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika die veel vluchtelingen opvangen, beter ondersteund worden. Recent heeft het kabinet voor de opvang in de regio van Syrische vluchtelingen 110 miljoen euro extra beschikbaar gesteld. In totaal gaat het om een bedrag van circa 200 miljoen dit jaar.
Noodhulp
Nederland speelt internationaal een voortrekkersrol bij het vernieuwen en effectiever maken van noodhulp. Het kabinet breidde al eerder het budget voor noodhulp flink uit om het hoofd te kunnen bieden aan de gevolgen van grote humanitaire crises. In 2016 is daar ruim 350 miljoen euro voor beschikbaar. Vooral de grote wereldwijde toename van het aantal vluchtelingen en ontheemden is zorgwekkend. Ploumen: ‘We hebben nog niet eerder zoveel ernstige humanitaire crises tegelijk gehad en we merken dat het systeem in zijn voegen kraakt. Daarom is het niet alleen belangrijk financieel bij te dragen, maar ook te kijken hoe we onze hulp zo efficiënt mogelijk kunnen maken, bijvoorbeeld door met bedrijven samen te werken.’ Nederland speelt een belangrijke rol bij de voorbereidingen van een internationale top over verbetering van humanitaire hulp die in 2016 zal plaatsvinden.
Handel en investeringen
Nederland verdient een derde van zijn inkomen in het buitenland, goed voor ruim 2 miljoen banen. Het stimuleren van de Nederlandse export blijft daarom prioriteit van minister Ploumen: ‘Onze bedrijven hebben prachtproducten en kennis waar heel veel landen om staan te springen. We blijven hen steunen bij het verkennen van nieuwe markten en mogelijkheden. Goed voor onze economie, goed voor onze werknemers én goed voor andere landen’ Maatschappelijk verantwoord ondernemen staat hierbij voorop: ‘Onze bedrijven gaan niet alleen voor de snelle winst, maar willen ook een bijdrage leveren aan de maatschappij van de landen waar ze actief zijn. Vaak opereren ze immers in landen waar nog veel ongelijkheid en armoede is. We willen er met elkaar aan werken dat mensen op een veilige en duurzame manier een eerlijk inkomen kunnen verdienen.’
De komende maanden staan voor Ploumen handelsmissies naar onder andere China, Turkije en Cuba op het programma. ‘Speciale aandacht krijgt het MKB. Daarvoor liggen er in het buitenland nog veel kansen, vooral in opkomende economieën. Handelsmissies openen deuren die anders gesloten blijven.’
In EU-verband werkt Nederland aan een gelijk internationaal speelveld voor bedrijven en betere internationale regelgeving, zoals het TTIP-verdrag tussen de EU en de Verenigde Staten.
De begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is 2.687.000.000 euro.