Maar een klein gedeelte van het wereldwijde elektronica-afval van Philips wordt ingezameld. De rest van het giftige afval komt vaak terecht in ontwikkelingslanden. “Veel bedrijven nemen nu vrijwillig verantwoordelijkheid voor het inzamelen van hun eigen producten. Maar Philips schuift de verantwoordelijkheid voor het inzamelen van haar afval nog steeds liever op anderen af. Het is van de gekke dat een Nederlandse multinational zo slecht met het milieu omgaat”, zegt Kim Schoppink, campagneleider giftige stoffen van Greenpeace.
Sinds de introductie van de ranglijst streven veel bedrijven naar een toppositie op de lijst. Het wachten is echter nog steeds op echt groene elektronica. Begin maart deed Greenpace onderzoek naar computers en mobiele telefoons waaraan elektronica bedrijven vrijwillig meewerkten. Daaruit blijkt dat maar drie producten redelijk scoren: de Sony Vaio TZ11 laptop, de Sony Ericsson T650i mobile phone en de Sony Ericsson P1i PDA.
Motorola en Nokia kregen bij de vorige update kritiek van Greenpeace omdat hun inzamelsysteem in een aantal landen niet bleek te werken. Greenpeace testte de systemen opnieuw. Motorola verbeterde haar inzamelsysteem van afgedankte mobieltjes, waardoor zij stijgt op de ranglijst. Nokia zamelt haar afgedankte mobiele telefoons in Thailand en de Fillipijnen beter in, maar in India en Rusland nog steeds niet. Door een goed beleid op giftige stoffen staat Nokia desondanks op de derde plaats.
De ‘Guide to Greener Electronics’ wordt driemaandelijks in 11 talen uitgegeven door Greenpeace. Greenpeace wil dat bedrijven alle giftige stoffen uitbannen en overal ter wereld het eigen afval inzamelen en verantwoord verwerken. In de volgende editie van de gids gaat Greenpeace ook het energieverbruik van de bedrijven beoordelen.