Bij een actief beleid tegen kinderarbeid kan gebruik worden gemaakt van de ideeën in het Waterlooplein Akkoord dat de ChristenUnie afgelopen weekend heeft gesloten met de campagne Stop Kinderarbeid en andere maatschappelijke organisaties.
De campagne is verheugd dat de ChristenUnie met steun van alle fracties het kabinet heeft opgeroepen tot concrete actie tegen kinderarbeid in India. Aanleiding tot de vragen zijn enkele rapporten van de Landelijke India Werkgroep (LIW) over kinderarbeid bij de katoenzaadproductie in India, waarvan de laatste vorige week is gepubliceerd.
De Tweede Kamer heeft haar gezamenlijke oproep gericht op India waar volgens officiële cijfers bijna 13 miljoen kindarbeiders werken. Onofficiële cijfers variëren tussen de 50 en 100 miljoen. Volgens de laatste volkstelling uit 2001 gaan 87 miljoen kinderen niet naar school. De meeste daarvan werken, vooral in de landbouw en het huishouden.
Kindslaven in de katoenproductie
Vorige week publiceerde de LIW het rapport ‘Child bondage continues in Indian cotton supply chain’. Uit het rapport bleek dat ruim 416.000 kinderen op de katoenzaadvelden werken. Lange werkdagen, een loon van een halve euro per dag, blootstelling aan pesticiden en ‘seizoenshandel’ in kinderen die blootstaan aan fysiek en seksueel geweld, zijn kenmerkend voor deze vorm van arbeid. Zowel Indiase als multinationale bedrijven maken gebruik van deze vorm van kinderarbeid.
Alle grote Engelstalige Indiase kranten in India en veel lokale kranten hebben inmiddels aandacht aan het rapport besteed. Lokale Indiase organisaties maken er gebruik van om hun campagne tegen kinderarbeid kracht bij te zetten. De kamerbreed gesteunde vragen uit Nederland zijn voor hen een belangrijke steun in de rug.
De campagne ‘Stop Kinderarbeid’ bestaat uit de FNV, Hivos, de Algemene Onderwijsbond (AOb), FNV, Hivos en de Landelijke India Werkgroep en organisaties uit vijf andere Europese landen