Als er zes schakels terug in de productieketen sprake is van kinderarbeid, is dit dan nog de verantwoordelijkheid van de multinational? En als een klant van een onderneming zaken doet met een regime dat de mensenrechten schendt, draagt deze onderneming hier dan verantwoordelijkheid voor?
Uit het DHV-rapport -Maatschappelijk verantwoord ondernemen. Basis en grenzen. Verantwoordelijkheden geaard.’, blijkt dat vijf samenhangende factoren bepalend zijn voor de mate waarin ondernemingen zich verantwoordelijk achten voor de negatieve gevolgen van hun activiteiten.
Zo is gebleken dat een onderneming meer verantwoordelijkheid neemt en erkent wanneer ze meer invloed heeft op de effecten. Ook de maatschappelijke acceptatie van de effecten van het ondernemingsbeleid blijken van belang. Hoe kritischer de publieke opinie, des te meer verantwoordelijkheid de onderneming aanvaart.
Complex wordt het wanneer de politieke en juridische context waarbinnen commerciële activiteiten plaatsvinden niet onomstreden zijn.
In het rapport adviseert DHV ondernemingen een systematische analyse te maken van de maatschappelijke effecten van de ondernemings-activiteiten. Op basis van de gevonde criteria kan een onderneming bepalen in welke mate zij zich verantwoordelijk acht voor de gevolgen.
Het expliciet benoemen van verantwoordelijkheden biedt volgens de onderzoekers bedrijven de mogelijkheid om hun verantwoordelijkeheid concreet in te vullen. Ook kunnen ze dan beter de dialoog aangaan met maatschappelijke organisaties.
Met het onderzoek wil DHV een bijdrage leveren aan een consistente besluitvorming over verantwoordelijkheden van ondernemingen. DHV meent dat zorgvuldig afgebakende verantwoordelijkheden duurzame ontwikkeling een stap dichterbij brengt.