Het merendeel (72%) van het Nederlandse bedrijfsleven is niet bekend met de nieuwe Europese richtlijn voor duurzaamheidsrapportage in het jaarverslag. Volgens de Europese Unie moeten bedrijven met meer dan 250 medewerkers vanaf 2023 voldoen aan deze op stapel staande wetgeving. Ondernemers vinden de aandacht voor duurzaamheid een goede zaak maar vrezen voor toenemende kosten, regeldruk en gebrek aan kennis. Dat blijkt uit de Nationale ESG-barometer waarin KPMG vanaf nu elk jaar inzicht geeft in de status van de duurzaamheidsagenda van ondernemend Nederland.
65% van de ondervraagde beleidsmakers vindt rapporteren over duurzaamheid een goede zaak. Tegelijkertijd voorziet de helft van de ondernemers dat invoering van de Europese richtlijn voor duurzaamheidsrapportage gepaard gaat met hogere nog onbekende kosten. 44% van de bedrijven vreest voor een papieren tijger zonder dat daarmee een einde komt aan het zogeheten greenwashing van bedrijfsprocessen. De bedrijven die wel bekend zijn met de in april 2021 aangekondigde Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) verwachten dat het begrijpen van de regels (32%), de implementatie daarvan (25%) en beschikbaar personeel (25%) de grootste uitdagingen zijn bij de invoering van CSRD.
Volgens de EU-richtlijnen moeten grote bedrijven in hun jaarverslag inzicht geven in de impact van hun activiteiten op mens, milieu en samenleving. Organisaties worden geacht duurzaamheidsdoelstellingen te bepalen en daar hun strategie, processen en systemen op in te richten. Zowel voor hun eigen bedrijf als voor leveranciers in toeleveringsketens. De nieuwe CSRD-richtlijnen zijn van toepassing op 75% van de Europese economie. Dat zijn duizenden bedrijven in Nederland.
“Het kabinet heeft de ambitie voorop te lopen op klimaat in Europa. Zo is inmiddels aangekondigd dat bedrijven hun CO2-uitstoot voor zakelijk reizen moeten gaan registreren. De invoering van duurzaamheidsmaatregelen vraagt om fundamentele veranderingen in de dagelijkse operatie. Als een bedrijf vandaag besluit een nieuwe vestiging te openen of grondstoffen uit het verre buitenland te halen, is inzicht over de impact daarvan op mens, milieu en samenleving van groot belang. Het vaststellen van meetbare doelstellingen, strategie en processen en de verzameling van objectieve gegevens voor rapportage is een intensief proces van samenwerking zowel binnen organisaties als daarbuiten met overheidsinstanties, NGO’s en adviseurs. Een betere samenwerking en bewustwording leidt tot benodigde versnelling op weg naar een duurzame economie”, zegt Ubbo van Zessen, partner en Head of ESG bij KPMG.
Beursgenoteerde bedrijven bekend met, maar voldoen nog niet aan CSRD
Eerder deed KPMG onderzoek onder de top 25 beursgenoteerde en 25 grootste niet-beursgenoteerde ondernemingen in ons land om te bepalen of deze organisaties voldoen aan de nieuwe duurzaamheidsmaatregelen van de EU. Geen enkel Nederlands bedrijf is in staat zowel inzicht te geven in de impact van eigen bedrijfsactiviteiten op mens, milieu en samenleving als in de risico’s van de impact van klimaatverandering of teruglopende biodiversiteit op de onderneming; dubbele materialiteit zoals dat heet. Waar CSRD nog een grote onbekende is voor niet-beursgenoteerde bedrijven, is 60% van de top 25 beursgenoteerde ondernemingen wel bijna gereed voor duurzaamheidsrapportage-eisen van de EU.
Over het onderzoek
De Nationale ESG-barometer van KPMG geeft inzicht in hoeverre bedrijven waarde hechten aan Environmental (milieu), Social (samenleving) en Governance (goed bestuur) thema’s en de route naar een duurzame operatie. Daarnaast is bedrijven gevraagd naar hun bekendheid met en de invoering van CSRD. De status van de duurzaamheidsagenda van ondernemend Nederland is bepaald op basis van onderzoek dat eind 2021 is afgerond onder meer dan 260 (financiële) beleidsmakers bij bedrijven met meer dan 250 medewerkers. Ook heeft KPMG onderzoek gedaan aan de hand van de jaarverslagen van de top 25 beursgenoteerde en 25 grootste niet-beursgenoteerde ondernemingen in Nederland.