Nederlanders verspillen zo’n 2 miljard kilo voedsel per jaar. Dat heeft een negatieve impact op voedselbeschikbaarheid, economie en het milieu. Onderzoekers van Wageningen University & Research werken binnen het project Food Waste: From Excess to Enough samen met partners aan een nieuw voedselsysteem. Een systeem dat zorgt voor voldoende voedsel, met minimale verspilling. Tijdens een congres in de Verspillingsvrije Week deelden zij kansrijke interventies, zoals het stimuleren van consumenten om eten wat ze zelf niet gaan eten te delen met anderen, zoals buren of vrienden.
Heb je trek? Er is altijd eten in de buurt… Het doel van de voedselsector is om mensen altijd en overal van eten te voorzien. En zelf hebben we de neiging om te zorgen dat onze voorraadkast goed is gevuld, want het kan zomaar zijn dat er onverwachts iemand aanschuift tijdens het avondeten. Het voordeel is dat we zo altijd kunnen eten wanneer we willen. Maar deze manier van leven brengt ook flinke maatschappelijke kosten met zich mee, vanwege het inefficiënte gebruik van hulpbronnen die worden gebruikt om voedsel te laten groeien, koelen, transporteren en opslaan. Het project Food Waste: From Excess to Enough (FETE) ontwikkelt een routekaart voor een nieuw voedselsysteem met zo min mogelijk verspilling. Hiervoor nemen onderzoekers de dynamiek van het voedselsysteem, consumenten en de detailhandel onder de loep. Tijdens een conferentie in de Verspillingsvrije Week deelden onderzoekers kansrijke interventies en inzichten die tijdens dit project zijn opgedaan.
Het FETE-research team bestaat uit onderzoekers van Wageningen University & Research, TU Delft, Groningen University en verschillende voedingsbedrijven zoals Iglo, HAK and Hello Fresh. Zij zoomden tijdens het congres in op actuele inzichten uit onderzoeken en de praktijk. Volgens Erica Van Herpen, universitair hoofddocent, was een van de belangrijkste thema’s flexibele consumptie en het gedrag veranderen bij de consument. “Het is belangrijk dat consumenten flexibel zijn in hun aankopen en koken van voedsel, en het systeem moet adaptiever zijn om voedselverspilling tegen te gaan”, legt ze uit. “Een van de onderzoeken binnen het project richt zich op de good provider identity. Onze wens om ervoor te zorgen dat onze gezinnen genoeg te eten hebben leidt vaak tot het weggooien van overtollig voedsel. Onderzoekers moedigden consumenten aan om kleinere verpakkingen te kopen. Zo kregen klanten tijdens het online bestellen advies over welke verpakking het best past bij hun huishouden. En dat werkt. Winkeliers kunnen consumenten helpen door kleinere verpakkingen voor te stellen in meer geschikte hoeveelheden.”
Het gedrag van de consument veranderen kan ook door het inzetten van keukentools en aanwijzingen die helpen om voedsel beter te beheren. FETE-onderzoekers werkten samen met Voedingscentrum Nederland, dat een uitgebreide set aanwijzingen en hulpmiddelen heeft ontwikkeld die gezinnen moeten helpen bij het inkopen, bewaren, bereiden en consumeren van hun voedsel. “Denk aan stickers waarop staat wat je wel of niet in de koelkast kunt bewaren of een maatbeker die aangeeft hoeveel pasta of rijst genoeg is voor één persoon”, legt van Herpen uit. “Deze interventie was succesvol: voedselverspilling daalde met maar liefst 39,2% en 23,0% in de onderzoeken. Gezinnen rapporteerden betere vaardigheden in het beheren van hun voedsel en deden meer om voedselverspilling te verminderen, zoals boodschappenlijstjes maken en portiegroottes meten.”
Surprise bags
Ook zoomden de pitches van de onderzoekers in op retailconcepten en activiteiten zoals ‘surprise bags’, bijvoorbeeld van Too Good To Go. Via surprise bags verkopen bedrijven overtollig voedsel met korting zonder te onthullen wat erin zit totdat de klant de tas ophaalt. Onderzoekers wilden weten hoe mensen thuis met de surprise bags omgaan. Uit het FETE-onderzoek blijkt dat mensen het voedsel eten dat ze lekker vinden, de ingrediënten die ze niet lekker vinden weggeven of weggooien, en eten bewaren waar ze neutraal tegenover staan. Van Herpen: “Als iemand een sterk motief heeft om afval te verminderen of nieuwe ervaringen uit te proberen zal hij of zij het voedsel eerder delen. Surprise bags kunnen effectief zijn in het verminderen van de verspilling van voedseloverschotten en het onderzoek biedt inzicht in hoe je dergelijke initiatieven kunt optimaliseren. Namelijk door rekening te houden met de voorkeur van consumenten voor voedsel en koopmotieven.”
Na afloop van de pitches volgden tafelgesprekken met wetenschappers en vertegenwoordigers uit het voedselsysteem. Zij wisselden van gedachten over de vraag hoe de uitkomsten van de onderzoeken vertaald kunnen worden naar de praktijk. Ze bespraken onder meer hoe consumenten geholpen kunnen worden door hun voorraad te optimaliseren en door hen te stimuleren producten met een lange houdbaarheid te gebruiken. Zo is het volgens deelnemers een goed idee om consumenten uit te leggen hoe de houdbaarheidsdatum werkt, bijvoorbeeld via uitlegstickers op producten. Veel producten kun je namelijk langer gebruiken dan op de verpakking wordt aangegeven. Door te ruiken en proeven weet je of het nog goed is.
De onderzoekers verwerken de bruikbare nieuwe inzichten in een routekaart voor een nieuw voedselsysteem. Een systeem dat ons helpt voedsel meer te waarderen en stimuleert minder te kopen zonder in te leveren op voedselkwaliteit, variatie of gemak. Van Herpen: “Een opvallend inzicht is de motivatie van mensen om minder voedsel te willen verspillen. Aanvankelijk dachten we dat financiën een grote rol zouden spelen. Maar uit onderzoek blijkt dat juist mensen die moraliteit rondom voedselverspilling belangrijk vinden minder voedsel weggooien. Ondervraagden die aangaven dat zij het moeilijk vinden eten weg te gooien met in gedachten dat elders in de wereld mensen honger leiden, zijn degenen die minder verspillen. Een inzicht waarop we kunnen voortborduren.”