Kaleidos Research heeft voor het vierde opeenvolgende jaar onderzocht hoe duurzaam Nederlanders van 18 jaar en ouder zich gedragen. In het rapport ‘Nederlanders & de Wereld 2015’ worden de resultaten beschreven. Of Nederlanders zich wel of niet duurzaam gedragen, is lastig te zeggen. Dit verschilt erg per type gedrag. Zo laten maar weinig Nederlanders de kraan lopen tijdens het tandenpoetsen maar eten er tegelijkertijd veel Nederlanders vaak vlees. Het duurzame gedrag van Nederlanders is de afgelopen jaren min of meer stabiel gebleven. Nederlanders zijn zich in 2015 niet duurzamer gaan gedragen ten opzichte van de afgelopen drie jaar. Ze eten nog net zo vaak vlees, gooien nog net zo vaak voedsel weg en gebruiken nog net zo vaak de droger. Positief nieuws is dat Nederlanders zich in ieder geval ook niet minder duurzaam zijn gaan gedragen. Deze stabiliteit lijkt in sterk contrast te staan met de toenemende aandacht die er in de samenleving is voor het thema duurzaamheid.
Mogelijk vindt er gedragsverandering op kleinere schaal plaats, die we niet kunnen vangen met onze onderzoeksmethode. Het kan ook zijn dat het even duurt voor de aandacht voor duurzaamheid zijn weerslag vindt in het daadwerkelijke gedrag van de Nederlandse burger.
Aankoop biologische producten niet de norm
Weinig Nederlanders menen dat het kopen van biologische producten in de eigen sociale kring gebruikelijk is. Nederlanders schatten het aantal keren dat hun vrienden, familie en collega’s deze producten kopen laag in. Het merendeel van die omgeving doet dit naar inschatting soms, een aanzienlijk deel zelfs nooit. De 3 cijfers impliceren eerder het andere uiterste, namelijk dat het in de eigen kring gebruikelijk is om géén biologische producten te kopen. Daarnaast zijn er relatief veel Nederlanders die aangeven geen idee te hebben over wat vrienden en familie wel en niet kopen. Dit impliceert dat mensen weinig met elkaar praten over welke producten men in het boodschappenmandje legt. Nederlanders die zelf relatief vaak biologische producten kopen, schatten ook het biologische koopgedrag van hun naasten hoger in.