Robert Reich is hoogleraar ‘publiek beleid’ aan de universiteit van Berkeley en was oud-minister van Arbeid onder president Bill Clinton. Hij werd geïnterviewd door NRC Handelsblad wegens de publicatie van zijn nieuwe boek, Superkapitalisme en de bedreiging voor onze democratie. Volgens de hoogleraar wordt het in onze democratie steeds duurder om je stem te laten horen. “Er zijn zoveel lobbyisten, zoveel voorlichters, zoveel advocaten. Zij domineren het politieke debat. In Washington werken nu al 35.000 lobbyisten.”

Gevraagd naar het toenemend bewustzijn bij bedrijven van hun maatschappelijke rol en verantwoordelijkheid, stelt Reich: “We zijn erin gaan geloven dat ondernemingen menselijk zijn. Dat bedrijven sociale verantwoordelijkheden hebben. Flauwekul. Bedrijven kúnnen helemaal niet sociaal verantwoordelijk zijn, willen dat ook niet. Ze weten niet eens wat dat betékent.”

“Ze doen maar alsof want dat is goed voor de public relations. Het idee dat bedrijven hun inkomsten willen of zelfs kúnnen laten teruglopen omdat ze sociaal verantwoordelijk gedrag moeten vertonen, iets in het publieke belang doen, dat is in het beste geval bedrieglijk en in het slechtste geval schadelijk voor ons allemaal. Ook al wil het publiek, willen u en ik, hier zo graag in geloven. Het stelt zo lekker gerust. We denken dat bedrijven zich dankzij de goedhartigheid van bestuursvoorzitters gaan inzetten voor het publiek belang. En dan nu de werkelijkheid: dat doen ze niet.”

Reichs uitspraken zijn opmerkelijk, aangezien hij als minister onder Clinton naar eigen zeggen “keihard heeft gevochten” voor belastingmaatregelen waardoor bedrijven die zich inzetten voor bepaalde sociale doelstellingen beloond zouden worden. “Ik had er toen nog vertrouwen in dat sociaal verantwoordelijke bedrijven het op termijn beter zouden doen dan andere omdat consumenten en investeerders de onderneming zouden vertrouwen. Inmiddels is de hoop die ik toen had vervlogen. Bedrijven hebben helemaal geen geduld om te wachten totdat ze ‘op termijn’ beloond worden, het enige waarop ze worden afgerekend is de aandelenkoers van die dag.”