Deze week is er een initiatiefwet ingediend door ChristenUnie, met steun van GroenLinks, PVDA en SP die ervoor moet zorgen dat bedrijven worden verplicht om de mensenrechten en het milieu te beschermen in hun toeleveringsketen – tot aan de plantage toe. Deze ‘Wet verantwoord en duurzaam internationaal ondernemen’ moet ervoor zorgen dat bedrijven – die producten op de Nederlandse markt afzetten – een risicoanalyse uitvoeren en met gepaste zorgvuldigheid maatregelen nemen als dat niet conform de OESO-richtlijnen is. In jargon heet dat ‘due diligence’ en dat moet ervoor gaan zorgen dat jij en ik zorgeloos kunnen shoppen in de supermarkt zonder ons af te vragen of er arbeiders zijn uitgebuit, kinderhanden aan te pas zijn gekomen of het milieu is vervuild.
En om maar meteen met de deur in huis te vallen: de bovengenoemde partijen nemen met deze initiatiefwet het voortouw op dit thema. Zelf vind ik transparantie in ketens essentieel voor het bereiken van de nieuwe economie en liep daarom de verkiezingsprogramma-analyse van MVO Nederland hierop door.
Wachten op Europa
Laten we beginnen te zeggen dat de meeste partijen voor verplichte due diligence zijn en de bovenstaande initiatiefwet op draagvlak kan rekenen. Behalve PVV, FvD en 50PLUS hebben alle grotere partijen iets over dit thema opgenomen in hun verkiezingsprogramma’s en in de kern zijn ze allemaal voor verplichtende regelgeving. Maar er zijn ook verschillen. De belangrijkste is of Nederland hierin moet vooroplopen of dat we wachten op de Europese Commissie die ook aan regelgeving werkt. D66 en CDA horen daarbij bijvoorbeeld. Maar waarom wachten met zo’n belangrijk onderwerp? En waarom hebben Engeland, Frankrijk en Duitsland dan wel al nationale wetgeving?
De VVD spant hierin de kroon door ervoor te pleiten om ‘normen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen te schrappen bij exportkredietverzekeringen als deze strenger zijn dan wat andere OESO-landen doen’. Met andere woorden, laten we vooral niet ‘het beste jongetje in de klas zijn’. Plat gezegd komt dit erop neer dat als bijvoorbeeld Italië bepaalde gevallen van dwangarbeid of landonteigening door de vingers ziet, dat wij dat dan ook mogen. Anders is er geen gelijk speelveld.
Rapporteren en handhaven
Dan heb je verschillen van inzicht over de manier waarop bedrijven moeten rapporteren en wat je doet als bedrijven over de schreef gaan. VVD en CDA zeggen daar niet veel over. Het CDA wil als agrarische partij ‘de consument meer transparantie bieden over de herkomst en productiewijze van ons voedsel’, maar geeft niet aan hoe. De SGP ‘overweegt om ernstige nalatigheid te beboeten’ en DENK doet een suggestie voor ‘een keurmerk voor bedrijven waarmee aangetoond kan worden dat producten uitbuitingsvrij zijn gemaakt’, maar concrete oplossingen vanuit deze partijen worden niet gegeven.
Iets concreter al wordt de SP die ‘winstbejag van de rijken ten koste van de voedselveiligheid, de mensenrechten en een schoon milieu niet langer accepteert’. Zij willen ‘bedrijven in ons land, en ook vestigingen van buitenlandse bedrijven, beboeten als er sprake is van misstanden die zijzelf of toeleveranciers elders in de wereld veroorzaken’. GroenLinks, zegt daarnaast dat ‘handelsakkoorden moeten gaan voldoen aan de internationale MVO normen’ en vindt dat bedrijven ‘transparant moeten worden over de hele productieketen’, maar hoe die transparantie eruit moet zien, laat de partij nog in het midden.
De meest concrete passages over rapportage en handhaving vind ik bij ChristenUnie en D66. ChristenUnie gaat het verst door te pleiten voor een omgekeerde bewijslast voor bedrijven: ‘Betrekt een ondernemer grondstoffen of producten uit een sterk verdachte regio, dan kan de overheid eisen dat de ondernemer aantoont dat het bedrijf de toeleveringsketen op orde heeft en er geen sprake is geweest van bijvoorbeeld kinderarbeid, uitbuiting en slavernij’. Dan lig je als kledinginkoper in Bangladesh al direct onder een vergrootglas. Een radicale aanpak dus, waarbij ik mij wel afvraag of je hiervoor niet een heel handhavingsapparaat moet optuigen. En het lijkt met name op de mensenrechten gericht. Hoe het milieu en het klimaat hierin wordt meegenomen blijft onduidelijk. D66 is milder in zijn aanpak door bedrijven via – vergelijkbare – jaarverslagen te verplichten om transparant te zijn over hun maatschappelijke impact. Dat moet dan volgens de partij ‘ook voor niet-beursgenoteerde bedrijven gaan gelden’. Zo wil D66 dat alle bedrijven in hun jaarverslag ‘volgens een standaard inzicht geven in hun klimaatimpact’ en ‘zoveel mogelijk op Europees niveau’.
Typische partijverschillen
Tenslotte heb je nog de typische partijverschillen zoals DENK die de problematiek rondom arbeidsmigranten aankaart. Of de PvdD die naast ‘verplichte transparantie op mensenrechtenschendingen, kinderarbeid en milieuvervuiling’ ook expliciet ‘dierenwelzijnsaantasting en biodiversiteitsverlies’ benoemt. En de PvdA vindt dat de EU met ‘een solide bossenwet’ moet komen die ‘bedrijven verplicht om ontbossing, aantasting van natuurlijke ecosystemen en mensenrechtenschendingen in de handelsketen te stoppen’. Zo wil de partij de Nederlandse en Europese voetafdruk in de rest van de wereld naar nul brengen in 2030.
Wat mij opvalt is dat geen enkele partij een relatie legt met de circulaire economie. Dat had ik wel verwacht, omdat in circulaire ketens meer en beter wordt samengewerkt met vaste producenten in het buitenland. Denk maar aan kleding: in een circulair systeem heb je dan ook te maken met de spinnerij en niet alleen met het naaiatelier. Dan is er minder anonimiteit in de keten en dat leidt automatisch tot minder risico op misstanden en schendingen. Voorbeelden zoals Mud jeans, Schijvens, Havep en KoI laten zien dat circulaire innovatie en (radicale) transparantie de weg is om een duurzame en inclusieve keten op te bouwen waarin je minder afhankelijk bent van allerlei geldverslindende audits en risicobeheersing. Maar de partij die dat op zich neemt, moet nog worden opgericht.
Wil je zelf als ondernemer een risicoanalyse doen van jouw keten? Begin dan met een check op de MVO RisicoChecker.
Michiel van Yperen, projectmanager Internationaal MVO bij MVO Nederland