Bedrijven die vallen onder Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) moeten niet alleen over de eigen organisatie, maar ook over hun keten rapporteren. Verslaglegging over de impact op mens en milieu zal voor veel bedrijven nieuw zijn. Bovendien brengen sommige criteria waarover moet worden gerapporteerd de nodige complexiteit met zich mee. Het verbaast dan ook niet dat brancheorganisaties en stakeholders elkaar opzoeken en gezamenlijk optrekken om aan de slag te gaan met de nieuwe regels. Waar concurrenten en ketenpartners samenwerken, zijn ook de concurrentieregels relevant. Eerlijke concurrentie en samenwerking op het gebied van duurzaamheid kunnen vaak hand in hand gaan. Een recent voorbeeld hier van is de samenwerking tussen banken op het gebied van ESG-data.
De Autoriteit Consument en Markt (ACM) houdt toezicht op de eerlijke concurrentie en legt graag uit welke mogelijkheden er zijn om samen te werken aan duurzaamheid, bijvoorbeeld om te voldoen aan de CSRD.
Ruimte binnen de concurrentieregels
De concurrentieregels vormen een waarborg dat klanten niet te veel betalen en dat bedrijven geprikkeld blijven om de kwaliteit hoog te houden en te innoveren. Het kartelverbod verbiedt afspraken die de concurrentie vervalsen, zoals afspraken over prijzen of het verdelen van klanten. Ook als bedrijven elkaar inzicht geven in commercieel gevoelige informatie, kan dat de concurrentie beperken. Veel samenwerkingen die bijdragen aan duurzaamheid zijn geen probleem onder de concurrentieregels. Denk bijvoorbeeld aan gezamenlijke voorlichting of campagnes. Of het maken van een database met (niet-) duurzame ketenpartijen of (niet-)duurzame productieprocessen. In bepaalde omstandigheden kunnen bedrijven afspraken maken over het gezamenlijk naleven van wettelijke duurzaamheidsverplichtingen. Er zal vaak ook geen probleem voor de concurrentie zijn als bedrijven andere producten of diensten aanbieden of als de afspraak geen negatief effect heeft op bijvoorbeeld prijs, kwaliteit of innovatie.
De samenwerking tussen banken aan het ESG dataproject is een voorbeeld van een samenwerking die waar de ACM geen problemen zag voor de concurrentie. De Nederlandse Vereniging van Banken had de ACM gevraagd om de samenwerking informeel te beoordelen. De samenwerking beperkte zich tot de interpretatie van bepaalde ESG-eisen die in de duurzaamheidsverslaglegging moeten worden uitgewerkt, waaronder welke definities en rekenmethodes daarvoor gebruikt kunnen worden. Omdat er geen afstemming plaatsvindt over de inhoud van de rapportages en banken geen gevoelige informatie, bijvoorbeeld over klanten, met elkaar delen, zag de ACM geen problemen. Daarbij was ook van belang dat banken vrij zijn om af te wijken van de interpretaties uit het dataschema en dat ook andere banken mee kunnen doen met de samenwerking.
Als een samenwerking wel nadelige gevolgen voor de concurrentie kan hebben, dan is het belangrijk om te onderzoeken of de samenwerking valt onder de wettelijke vrijstellingsmogelijkheid. Daarvoor is – kort gezegd – een onderbouwing nodig dat de (duurzaamheids)voordelen van de samenwerking opwegen tegen de concurrentiebeperking, dat de samenwerking noodzakelijk is om die voordelen te bereiken en dat er voldoende concurrentie op andere vlakken overblijft.
Twijfels? Vraag de ACM om een informele beoordeling
Of een samenwerking toegestaan is, moet per geval worden beoordeeld. Die verantwoordelijkheid ligt bij bedrijven zelf. Als het gaat om duurzaamheid, zet de ACM zich in om belemmeringen weg te nemen. Zo heeft zij voor haar toezicht op samenwerkingen die bijdragen aan duurzaamheid de Beleidsregel duurzaamheidsafspraken opgesteld. Daarin legt de ACM uit op welke manier haar toezicht meer ruimte biedt voor samenwerkingen die duurzaamheid bevorderen. De ACM heeft ook een samenwerkcheck gemaakt. Dit hulpmiddel geeft bedrijven een eerste inschatting of een samenwerking is toegestaan.
Bedrijven die plannen hebben om samen te werken, maar twijfelen of de concurrentieregels worden overtreden, kunnen hun samenwerking informeel te laten beoordelen door de ACM. Daarvoor dienen bedrijven eerst een eigen beoordeling te maken van mogelijke risico’s van de samenwerking. De ACM bekijkt die twijfels van bedrijven en legt in een informele beoordeling uit of zij de risico’s voor de concurrentie ziet. Als er risico’s zijn, dan denkt de ACM met partijen mee hoe deze weggenomen kunnen worden. Als de ACM geen problemen ziet, dan legt de ACM geen boete op als de samenwerking later toch tot concurrentieproblemen leidt. Op deze manier neemt de ACM koudwatervrees weg en krijgen bedrijven comfort als zij twijfels hebben over de toelaatbaarheid van hun plannen.
Bedrijven die willen samenwerken om invulling te geven aan de CSRD en twijfelen of zij binnen de grenzen van het kartelverbod blijven, kunnen dus bij de ACM terecht.
Meer informatie over samenwerken voor duurzaamheid
Op de website van de ACM is meer informatie te vinden over de mogelijkheden en regels. Hier publiceert de ACM ook regelmatig haar informele beoordelingen van duurzaamheidssamenwerkingen die door bedrijven aan haar zijn voorgelegd. In de Beleidsregel Duurzaamheidsafspraken staat meer informatie over de mogelijkheid om een informele beoordeling te vragen aan de ACM.
Mariska van de Sanden, Coördinator Sustainability team Competition Department bij ACM
Dit is een bijdrage van ACM in kader van CSRD DAY 2024: