Het verdienvermogen van boeren en tuinders is een belangrijk aandachtspunt in de lobby van LTO Nederland. De afgelopen decennia stegen de meeste kosten, terwijl de opbrengsten van onze producten vaak niet meestegen. Ook komt extra inzet op het gebied van bijvoorbeeld duurzaamheid niet altijd terug in de prijs die de consument in het schap betaalt. Er zijn grenzen aan schaalvergroting en meer efficiëntie om de dunnere marges op te vangen. Samenwerking tussen boeren voor een betere prijs is een van de oplossingsrichtingen. LTO Nederland en BarentsKrans hebben daarom gereageerd op de concept Leidraad Duurzaamheidsafspraken van de Autoriteit Consument en Markt (ACM).
LTO Nederland maakt zich al jaren sterk voor duurzaamheidsinitiatieven waarbij de boer en tuinder betaald krijgen voor hun extra inspanningen rondom duurzaamheid. De praktijk blijkt lastig: in gesprekken binnen ketens en andere partijen in de sector wordt mededinging genoemd als een belemmerende factor. Ook ervaringen uit het verleden – zoals de Kip van Morgen – laten zien dat dit soort breed gedragen initiatieven stranden op de mededingingsregels. Maar er zijn ook aanknopingspunten waaruit blijkt dat meer mogelijk is dan soms wordt gedacht, zoals het rapport ‘Goed boeren kunnen boeren niet alleen’. LTO Nederland verwelkomt daarom de concept Leidraad Duurzaamheidsafspraken, waarin de ACM toelicht welke ruimte er is voor duurzaamheidsinitiatieven binnen de mededingingsregels.
LTO benadrukt echter wel het belang van een brede definitie van duurzaamheid, inclusief biodiversiteit. Bovendien hebben duurzaamheidsinitiatieven bijna altijd een internationale dimensie; Brussel moet initiatieven dus niet kunnen blokkeren. Het is belangrijk dat samenwerking voor duurzaamheid ook in Europa mogelijk is. Kosten voor duurzamere productie moeten niet alleen door Nederland gedragen worden, maar ook Europees.
Lees hier de inbreng van LTO Nederland en BarentsKrans.