In de Verenigde Staten, Brazilië, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Groot-Brittannië, China en India werd de reputatie van Philips afgezet tegen die van concurrentie op terreinen als innovatie en producten. Alleen bij werknemers, leveranciers en in de onderwijswereld komt Philips op de eerste plaats.
In het zogenoemde duurzaamheidsrapport doet Philips verslag over zaken als milieu, veiligheid, werkomstandigheden en de omgang met personeel en leveranciers. Zo gebruikte Philips vorig jaar 9 procent minder energie, 19 procent minder water en 11 procent minder verpakking ten opzichte van 2002.
Duurzame ontwikkeling is “een integraal onderdeel van onze bedrijfsstrategie en een springplank voor de ontwikkeling van nieuwe bedrijvigheid”, stelt bestuursvoorzitter Gerard Kleisterlee. “Duurzaamheid zit in ons DNA”, schrijft Philips in het verslag. Het bedrijf verwijst daarbij naar de oprichters Anton en Gerard Philips, die met hun vindingen de kwaliteit van het leven wilden verbeteren.
Vorig jaar liet Philips zijn 50.000 leveranciers een ‘duurzaamheidsverklaring’ ondertekenen. Hierin stemmen zij in met minimale gedragsregels op terreinen als gezondheid en veiligheid, milieu, werkomstandigheden en kinderarbeid. Dit jaar introduceert Philips een bijbehorend meetsysteem. Het concern kocht vorig jaar voor 19,2 miljard euro aan producten en dienstverlening in. Dat bedrag was 66 procent van de totale verkopen.
In de komende vijftig jaar groeit de wereldbevolking van de huidige zes miljard tot negen à elf miljard mensen. Philips meent dat deze groei toenemende aandacht voor duurzame ontwikkeling noodzakelijk maakt, omdat bijvoorbeeld de druk op het milieu sterk toeneemt. Tegelijkertijd wil het concern zoveel mogelijk van die mensen als klant binnenhalen.
Volgens Philips is er sprake van “een digitale kloof”. 70 procent van ’s werelds internetgebruikers woont in de 24 rijkste landen, maar die gebruikers vormen slechts 16 procent van de wereldbevolking. Het overgrote deel van de wereldpopulatie, vier miljard mensen, is uitgesloten van de digitale samenleving. “We willen graag helpen om die kloof te overbruggen, om toegang tot technologie te bieden aan die vier miljard mensen”, aldus Kleisterlee.