De heer drs. C.C.M. (Kees) Vendrik is door het kabinet geselecteerd als beoogd voorzitter van het platform voor maatschappelijk dialoog en reflectie over het klimaatbeleid. Het platform zal per 3 november 2022, aan het eind van de dag van het Klimaatakkoord, officieel van start gaan en het Voortgangsoverleg van het Klimaatakkoord vervangen. Vanaf dat moment legt de voorzitter van het Voortgangsoverleg, na 10 jaar betrokkenheid bij het Energieakkoord en Klimaatakkoord, de heer drs. E.H.T.M. (Ed) Nijpels, zijn taken neer.

Platform voor maatschappelijke dialoog en reflectie klimaatbeleid

De klimaattransitie is een grote en impactvolle uitdaging, die inspanningen vraagt van overheden, bedrijven, maatschappelijke organisaties en burgers. Het kabinet vindt het om die reden van groot belang om de maatschappij actief te betrekken bij het klimaatbeleid. Het platform voor maatschappelijk dialoog en reflectie moet het gesprek met maatschappelijke partijen over het klimaatbeleid in samenspraak met de minister voor Klimaat en Energie vormgeven.

Opdracht

Het platform voor maatschappelijke dialoog en reflectie gaat een belangrijke rol spelen in het aanjagen van de dialoog over het klimaatbeleid in de samenleving, met bijzondere aandacht voor groepen die minder betrokkenheid voelen bij de klimaattransitie. Ook dient het platform de minister voor Klimaat en Energie gevraagd en ongevraagd te adviseren over ontwikkelingen die van belang zijn voor het klimaatbeleid, waaronder kansen en knelpunten voor versnelling van de transitie.

Beoogd voorzitter

Het kabinet heeft de heer Kees Vendrik geselecteerd als beoogd voorzitter van het platform vanwege zijn verbindende kwaliteiten en ruime ervaring in het Klimaatdomein. Hij zal bij werkzaamheden worden ondersteund door een secretariaat bij het Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving (OFL). De beoogd voorzitter zal allereerst een werkprogramma opleveren, waarin onder andere de onafhankelijke rol van de voorzitter en zijn team is uitgewerkt. De benoeming van de beoogd voorzitter zal mede op voordracht van de minister van Infrastructuur en Waterstaat plaatsvinden, vanwege zijn verantwoordelijkheid voor het OFL.