1
Bent u op de hoogte van het positieve advies van de International Finance Corporation (IFC) met betrekking tot de financiering van de omstreden Bakoe-Tbilisi-Ceyhan (BTC) oliepijplijn?
2
Welke stem zullen de Nederlandse bewindvoerders uitbrengen met betrekking tot de pijplijn en waarom?
3
Wat is uw standpunt ten aanzien van de verhouding van dit positieve advies met de hogere standaarden van duurzame ontwikkeling en maatschappelijk verantwoord ondernemen die de Wereldbank ook zichzelf in toenemende mate stelt? Bent u bereid de Nederlandse bewindvoerders bij de betrokken instellingen actief stelling te laten nemen tegen projecten die hier niet of nauwelijks aan voldoen?
4
Hoe verhoudt zich naar uw oordeel de mogelijke steun van de Wereldbank aan het BTC-project tot de zeer kritische eigen evaluatie over de oliewinningsprojecten waar veelal sprake zou zijn van wanbeleid,
corruptie en ernstige averechtse sociale effecten?
5
Welke mogelijke negatieve gevolgen ziet u voor de positie van Turkije ten op zichte van de EU, gezien de Host Government Agreement (HGA, die voorrang heeft boven nationale wetten behalve de grondwet) die
Turkije met het BTC consortium heeft afgesloten? Is deze HGA niet in strijd met het Turkse Toetredingspartnerschap met de EU en de Kopenhagencriteria waaraan Turkije zal moeten voldoen?
6
Bent u, met verwijzing naar uw antwoord op eerdere vragen 2 u aangaf bereid te zijn een milieueffectrapportage (met oog voor ecologische en sociale aspecten) uit te laten voeren indien de betreffende landen daarom verzoeken, ook bereid een milieueffectrapportage actief aan te bieden aan uw collega’s in de betreffende landen?