Uit onderzoek van PwC blijkt dat de belangstelling voor duurzame mode onder consumenten is toegenomen tijdens de coronacrisis. Voor modemerken wordt het dus steeds belangrijker dat ze hun duurzaamheidscijfers op een geloofwaardige en transparante manier meten en delen met consumenten en stakeholders. Maar welke rol krijgen opkomende digitale oplossingen bij het creëren van duurzame waarde en het meten en bekendmaken ervan?
Als de op twee na grootste industriële verbruiker van water, heeft de mode-industrie een grote impact op het milieu. Daarmee is de mode-industrie een grote bijdrager aan de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Het goede nieuws is dat een toenemend aantal consumenten inzicht wil in de milieu-impact van hun mode-aankopen en daarbij van bedrijven verwacht dat ze voor de planeet zorgen en proactief actie ondernemen. Na ruim een jaar pandemie laat de recente ‘pulse’ van onze Global Consumer Insights Survey 2021 zien dat 55% van de respondenten wereldwijd, en 44% in de EU, actief producten kiezen met een traceerbare en duurzame oorsprong. Tegelijkertijd zijn consumenten in tijden van corona ook meer gaan experimenteren met de verschillende digitale manieren waarmee ze toegang kunnen krijgen tot producten en diensten. Een aanzienlijk percentage van de consumenten geeft in het onderzoek aan bij hun aankopen via hun computer of mobiele apparaten meer gebruik te maken van de digitale kanalen en interactieve mogelijkheden.
“Een toenemend aantal consumenten shoppen bewuster en duurzamer via verschillende digitale en interactieve kanalen. Versterkt door de pandemie, zetten modebedrijven zich volop in op verduurzaming, innovatie en digitalisering van de gehele waardeketen ter verbetering van de klantervaring”, aldus Jennifer Nelen, partner bij PwC.
Concurrerend blijven
Vóór de pandemie werd in de mode-industrie al volop geïnnoveerd op digitaal vlak en getransformeerd binnen de back-, middle- en frontoffice. Ook stond duurzaamheid al op de radar, aangezien bedrijven daar waar het kon al op zoek gingen naar kansen om milieuvriendelijker te opereren. Maar in de coronapandemie kwam digitale innovatie pas echt op de voorgrond te staan en verliep dit proces veel sneller om het bedrijfsleven draaiende te kunnen houden in tijden van social distancing. Daar komt bij dat modebedrijven zich moeten bewijzen door hun duurzaamheidsniveau op een geloofwaardige en transparante manier te meten en aan een toenemend aantal stakeholders kenbaar te maken. Denk hierbij aan resellers, consumenten, (toe)leveranciers en beleggers.
Wanneer is een modebedrijf duurzaam?
Als modebedrijven zich willen bewijzen en duurzaamheid op de lange termijn mogelijk willen maken, zullen ze kwantificeerbare parameters moeten vaststellen. Die moeten ze vervolgens meten en de prestaties ervan monitoren. Deze parameters moeten in dienst staan van hun belangrijkste ambities op elk van de volgende vier dimensies:
- Producten en ervaringen
Modebedrijven die succesvol willen zijn op de markt, moeten ervoor zorgen dat ze hun beoogde consumenten de juiste producten en ervaringen bieden. Dat geldt voor alle activiteiten aan de productontwerp- en research-kant (zoals het maken van prototypes) en alle bedrijfsactiviteiten langs de hele customer journey (bijvoorbeeld marketing, verkoop, prijsstelling, bezorging en service). Wanneer bedrijven deze activiteiten door een duurzaamheidsbril bekijken, draagt dit bij aan ambities als afvalvermindering, geoptimaliseerde productiviteit en de bevordering van duurzame commerciële modellen. Voorbeelden (KPI’s) zijn onder meer: procentuele vermindering van het gebruik van fysieke materialen voor ontwerp/prototypes, verhoging van de conversieratio door verbeterde marktanalyse en klantervaring, verbeterde time-to-market etc.
- Toeleveringsketens
Voor een duurzame toeleveringsketen zijn twee dingen belangrijk: de end-to-end-stroom van materialen in de waardeketen en de ambities op het gebied van afvalvermindering. En dan is er nog de ethische inkoop van grondstoffen bij de belangrijkste leveranciers, evenals de arbeidsomstandigheden en lonen die zij hun werknemers bieden en de mate waarin ze zich houden aan het verbod op kinderarbeid. Modemerken kijken steeds kritischer naar hun toeleveringsketens en verwachten dat hun leveranciers transparant zijn over de duurzaamheid van hun fabrieken, grondstoffen en/of producten en diensten. Voorbeelden (KPI’s) zijn onder meer: percentage van het portfolio dat van duurzame oorsprong is (geverifieerd en gecertificeerd), het percentage kinderarbeid bij belangrijke leveranciers, gelijke rechten van vrouwen bij belangrijke leveranciers en investeringen in technologieën die traceerbaarheid bevorderen.
- Mensen en cultuur
Volgens sommige bronnen werken er in totaal meer dan 430 miljoen mensen in de mode- en textielindustrie, oftewel 1 op de 8 werknemers wereldwijd. Als modebedrijven stappen zetten om het welzijn van werknemers en de diversiteit en gelijke kansen op de werkvloer te verbeteren, kan dit dus een enorm verschil maken. In aanvulling hierop kunnen bedrijven een positieve bijdrage leveren aan sociale vraagstukken, door middel van activiteiten op het gebied van welzijnswerk en via partnerschappen met ngo’s en stichtingen. Voorbeelden (KPI’s) zijn: het percentage werknemers dat vrijwilligerswerk doet, diversiteit en inclusie: het percentage man/vrouw en raciale/etnische vertegenwoordiging in het management en onder alle andere werknemers.
- Klimaat
Zoals eerder beschreven heeft de modesector een enorme impact op het klimaat vanwege het overmatige gebruik van natuurlijke hulpbronnen, de grote hoeveelheid uitgestoten broeikasgassen en het chemische afval. Modebedrijven kunnen dan ook een forse bijdrage leveren aan de strijd tegen klimaatverandering. Ze kunnen door de hele waardeketen heen hun stroomverbruik (en daarmee de hoeveelheid broeikasgassen) en hun waterverbruik verlagen en de giftigheid van hun afval verminderen. Voorbeelden (KPI’s) zijn onder meer het percentage hernieuwbare energie versus het totale energieverbruik in alle eigen faciliteiten, vermindering van de totale hoeveelheid broeikasgasemissies, en de procentuele vermindering van toxiciteit in producten.
Hoewel de bovenstaande cijfers een goede basis vormen voor het meten van de duurzaamheidsprestaties in lijn met de ambities, is het verzamelen van duurzaamheidsgegevens en -cijfers geen doel op zichzelf. Met deze cijfers kunnen modebedrijven hun mate van duurzaamheid namelijk op een transparante en geloofwaardige manier kenbaar maken aan alle stakeholders, zoals beleggers, partners en consumenten. Ook kunnen modebedrijven op basis van deze cijfers blijven innoveren en hun algehele duurzaamheidsprestaties blijven verbeteren. Het gebruik van deze cijfers door retailers, platforms en beleggers zet een verandering in gang die zich als een olievlek langs de toeleveringsketen en naar andere industrieën verspreid. Hierdoor wordt de totale impact nog groter.
De rol van ‘digital’
Technologische innovatie is het fundament onder de duurzaamheidsontwikkelingen binnen de mode-industrie en speelt een belangrijke rol bij het meten en verbeteren van duurzaamheidsgerelateerde parameters in alle vier de duurzaamheidsdimensies. PwC heeft verschillende opkomende technologieën geïdentificeerd die het bedrijfsleven de komende drie tot vijf jaar het meest ingrijpend zullen veranderen. Dankzij deze technologieën komen er nieuwe processen, communicatiekanalen en werkwijzen tot stand en kunnen hulpbronnen beter worden ingezet. Hierdoor kan een bedrijf zijn ambities waarmaken en op een geloofwaardige en transparante manier meten en kenbaar maken hoe het bedrijf duurzame waarde creëert. Hoewel elke technologie op zichzelf verduurzaming mogelijk maakt, leveren deze technologieën gebundeld pas echt krachtige bedrijfsoplossingen op voor de mode-industrie. Tegelijkertijd maken ze duurzaamheid meetbaar.
Volgens Sameer Agarwal van PwC is digitalisering een “gamechanger in het streven naar duurzaamheid en transparantie in de mode-industrie. Om deze doelstellingen te behalen zien we dat toonaangevende modebedrijven al innovatieve bedrijfsoplossingen creëren en (gecombineerde) digitale oplossingen zoals AI, IoT en blockchain toepassen”.
Een paar voorbeelden van de manier waarop de mode-industrie digitale technologie gebruikt of kan gebruiken in hun ‘duurzaamheidsreis’:
- Transparantie en vertrouwen in de mode-toeleveringsketen: Technologieën als blockchain, het IoT, de cloud en AI zorgen gezamenlijk voor de automatisering van vertrouwen en transparantie. Samen kunnen ze de authenticiteit van gegevens garanderen, identiteiten verifiëren, beveiligde transacties met meerdere partijen faciliteren en duurzaamheid meetbaar maken. Het IoT en blockchain samen vormen een onveranderbare toeleveringsketen die garandeert dat kopers een onvervalst en onbeschadigd product krijgen. Ook kan er een certificaat aan het product worden gekoppeld, de zogenaamde ‘digitale geboorteakte’. Deze certificaten bevatten alle duurzaamheids- en transparantiegegevens met betrekking tot de toeleveringsketen van een product. Dat maakt herverkoop, recycling en hergebruik mogelijk. Ook beschikt elk artikel zo over een digitaal paspoort, waarmee de koper weet waar producten vandaan komen en gedurende hun levensduur naartoe gaan.
- Digitale mode: Digitale mode is de nieuwste trend waar mode en technologie elkaar raken. Meerdere technologieën, waaronder AR/VR, AI, de cloud en blockchain, leveren gezamenlijk tal van ‘use cases’ op. Voorbeelden zijn onder meer het gebruik van 3D-bestanden en AR/VR om virtuele showrooms te ontwikkelen die het hele proces van kledingmonsters aanzienlijk korter maakt, de hoeveelheid afval vermindert en de CO2-voetafdruk verkleint als gevolg van minder reizen.
- E-commerceplatforms voor B2C-verkoop van mode: De opkomst van e-commerceplatforms maakt re-commerce, verhuur en retourzending van modeartikelen mogelijk. Deze platforms combineren AI, de cloud en blockchain om merken en consumenten met dezelfde duurzaamheidswaarden bij elkaar te brengen. De voordelen van nieuwe bedrijfsmodellen op basis van verhuur, hergebruik en herverkoop van mode worden zo op grote schaal versterkt.
- Nieuwe klantbeleving in de kledingwinkel: Dankzij een combinatie van opkomende technologieën wordt een bezoek aan de winkel anders en nieuw. Mensen krijgen weer een reden om naar de winkel te komen en voelen zich sterker verbonden met de merkbelofte. Consumenten kunnen bijvoorbeeld het (aan het IoT gekoppelde) ID-kaartje van een kledingstuk scannen om de hele toeleveringsketen te zien in virtual of augmented reality. Met AI-gestuurde algoritmen krijgen retailers meer instrumenten in handen om het consumentengedrag te beïnvloeden. Daarnaast blijft de retailbeleving veranderen door automatisering. Inventarisatierobots en bezorgdrones gaan van de tekentafel naar de praktijk, waardoor logistiek en inventarisbeheer verder gestroomlijnd worden en er minder mensen en middelen aan te pas komen. Ten slotte zijn we met de komst van 3D-printen een stap dichter bij de toekomst. Straks kan een consument een winkel binnenlopen, een outfit uitkiezen, zien hoe die staat met behulp van AR/VR en vervolgens een fysiek kledingstuk bestellen dat ter plekke uit een ‘3D-printer’ komt rollen.
Lees hier meer over het onderwerp