Het milieu- en duurzaamheidsonderzoek in Nederland is internationaal van zeer hoge kwaliteit. Ruim een kwart van de beoordeelde Nederlandse onderzoeksgroepen behoort tot de absolute wereldtop. De instituten worden door de internationale reviewers zeer positief gewaardeerd en sterk geprezen vanwege hun gerichtheid op interdisciplinaire samenwerking en maatschappelijke relevantie van het wetenschappelijk onderzoek. De wetenschappelijke excellentie, in combinatie met communicatieve en leiderschapskwaliteiten maken de in Nederland opgeleide wetenschappers in milieu- en duurzaamheid aantrekkelijk voor toekomstige werkgevers, zowel nationaal als internationaal.
De zes beoordeelde instituten worden door de internationale reviewers zeer positief gewaardeerd en sterk geprezen vanwege hun gerichtheid op interdisciplinaire samenwerking en maatschappelijke relevantie. De beoordeelde instituten zijn: Wagenings Instituut voor Milieu- en Klimaatonderzoek (WIMEK, Wageningen University), Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM, Vrije Universiteit Amsterdam), Copernicus Instituut (Universiteit Utrecht), Centrum voor Milieuwetenschappen(CML, Universiteit Leiden), Faculty of Geo-Information Science and Earth Observation (ITC, Universiteit Twente) en het Institue for Water Education (UNESCO-IHE Delft).
Binnen deze zes instituten zijn in totaal 39 onderzoeksgroepen beoordeeld, waarvan ruim een kwart volgens de beoordelingscommissie tot de absolute wereldtop behoort en driekwart wordt beoordeeld als “zeer goed” op het aspect van wetenschappelijke kwaliteit.
Bijzonder aan het Nederlandse milieu- en duurzaamheidsonderzoek is het gezamenlijke opleidings- en trainingsprogramma voor ruim 600 promovendi. Deze aspirant-doctoren worden door de landelijke onderzoekschool SENSE intensief begeleid naar een succesvolle promotie en vervolgloopbaan. Daarbij ligt de nadruk op de ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van onderzoek, communicatie en leiderschap. Deze Nederland brede samenwerking wordt door de internationale beoordelingscommissie als excellent gewaardeerd, waarbij de commissie bijzonder onder de indruk was van de wetenschappelijke kwaliteit, de maatschappelijke relevantie en de gedrevenheid in het werk van staf en promovendi.
Het zijn de communicatieve en leiderschapskwaliteiten, samen met de wetenschappelijke excellentie, die de in Nederland opgeleide wetenschappers in milieu- en duurzaamheid zo aantrekkelijk maken voor hun toekomstige werkgevers bij bedrijfsleven, overheden en wetenschappelijke instituten, zowel nationaal als internationaal.
De internationale commissie stelt vast dat de onderlinge communicatie tussen wetenschappelijke onderzoekers en beleidsmakers, bedrijven en andere belanghebbenden een zeer belangrijk punt van aandacht is. Deze communicatie is nodig om de resultaten van wetenschappelijk onderzoek sneller te vertalen in beleid en maatschappelijke innovatie richting een duurzame samenleving. De omgekeerde weg is van even groot belang: vragen vanuit bedrijven, burgers en overheden die streven naar duurzaamheid kunnen zo bij de wetenschap landen en richting geven aan onderzoek naar oplossingen voor in de praktijk ervaren knelpunten.
De beoordelingscommissie benadrukt de meerwaarde van de landelijke en interdisciplinaire onderzoekschool SENSE (socio-economic and natural science of the environment) voor het milieu- en duurzaamheidsonderzoek in Nederland, met name op het gebied van concrete innovaties, promovendi-opleiding en internationale samenwerking.