Op 10 juni jl. zijn de tussentijdse resultaten gepresenteerd van het partnerprogramma De Circulaire Weg. Vanaf 2020 hebben elf partners, overheden en marktpartijen, infra as a service getoetst in de praktijk. Binnen zeven intensieve projecten is uitgebreid geïnnoveerd en geëxperimenteerd. Hierbij werd gekeken of infrastructuur als dienst een werkbaar model is en bijdraagt aan circulair bouwen in de GWW-sector.
Resultaten
De TU Delft heeft het wetenschappelijk onderzoek naar deze vragen uitgevoerd. In het rapport wordt geconcludeerd dat infra as a service binnen de ontwerpfase van de pilotprojecten inderdaad tot meer circulaire oplossingen heeft geleid. Dit is vastgesteld op basis van de effecten op milieu, materiaal en gedragseffecten.
Zo werden de milieukosten (MKI) bijvoorbeeld aanzienlijk verlaagd (met percentages tussen 30% en 65%) en de pilots slaagden er goed in de materialen te beschermen, zoals gemeten in de Material Circularity Index (MCI). Ook bleek gedrag en motivatie van zowel opdrachtgever als opdrachtnemer een belangrijke slagingsfactor.
Daan Schraven van TU Delft: ‘We zien iets interessants ontstaan: de pilots die met de as a service-modellen hebben gewerkt, hebben veel (ongevraagd) advies gekregen van aannemerszijde. Dit laat zien dat dit model uitnodigt tot meer initiatief, om echt samen tot een zo hoogwaardig mogelijke propositie te komen.’
Fanauw Hoppe van gemeente Amersfoort vult aan: ‘Wat je vooral ziet is dat de intensieve samenwerking, de vroegtijdige betrokkenheid en het centraal stellen van dezelfde ambitie, erg helpt om out of the box te denken en wat rigoureuzere dingen te doen dan je oorspronkelijk had beoogd.’
Ronald Dirksen van Dura Vermeer bevestigt dit: ‘Door deze contractvorm en de échte betrokkenheid van iedereen weten we elkaar veel beter op te jagen naar maximale circulariteit.’
De resultaten werden gepresenteerd in een webinar:
Foto: Dura Vermeer