Het nieuwe kabinet heeft een verplichte maatschappelijke stage voor middelbare scholieren in zijn regeerakkoord opgenomen. Maar in plaats van lof over dit concrete plan om de maatschappelijke betrokkenheid van jongeren te stimuleren, klinkt een klaagzang van maatschappelijke organisaties over de praktische bezwaren die aan dit voorstel kleven. Terwijl het kabinetsvoornemen juist voor maatschappelijke organisaties een geweldige kans is om samen met bedrijven invulling te geven aan het begrip maatschappelijk verantwoord ondernemen. Zodat in de toekomst niet alleen jongeren, maar elke burger – met of zonder betaald werk – een maatschappelijke stage kan doen.
Wat opvalt aan de reacties in de media op de plannen om jongeren gedurende drie maanden een vorm van vrijwilligerswerk te laten doen, is de beperkte invulling van het begrip maatschappelijke stage. Veelal zien wij jongens bomen snoeien en meisjes bejaarden verzorgen. Geen wonder dat er weinig enthousiasme bij de leerlingen is en de docenten drie maanden veel te lang vinden. En geen wonder dat de vrijwilligersorganisaties niet zien hoe ze zoveel leerlingen moeten bemiddelen. Maar wie zegt dat een maatschappelijke stage alleen via vrijwilligersorganisaties gevonden kan worden?
Waarom wordt het bedrijfsleven niet betrokken bij het bieden van maatschappelijke stages?
Hoe relevant is de scheiding tussen stage lopen in de zorgsector, natuurbeheer, de bouw of een bank?
Gaat het er niet in de eerste plaats om dat jongeren ervaring opdoen in een andere omgeving dan ze gewend zijn en een zinvolle bijdrage leveren zonder een financiële vergoeding te ontvangen?
Door het begrip maatschappelijke stage ruimer te interpreteren en naast de maatschappelijke organisaties ook bedrijven aan te spreken op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid, snijdt het mes aan twee kanten:
– het aanbod van maatschappelijke stages wordt groter en interessanter, waardoor jongeren meer gemotiveerd raken en maatschappelijke organisaties minder belast hoeven te worden;
– de maatschappelijke betrokkenheid van de bedrijven neemt toe. Hier profiteren niet alleen de jongeren van maar ook de bedrijven, die door de contacten met een nieuwe generatie beter geïnformeerde en meer gemotiveerde medewerkers krijgen.
In sommige bedrijven wordt deze vorm van maatschappelijk ondernemen al met succes toegepast. Fortis bijvoorbeeld, waar jaarlijks vele vmbo-leerlingen kunnen kennismaken met medewerkers van Fortis-bank, die hen coachen bij hun oriëntatie op de samenleving. Hier is dan sprake van een maatschappelijke stage in het kwadraat: voor de jongeren én voor de medewerkers die hen begeleiden. Ik zou daarom zelfs een stapje verder willen gaan en het kabinet niet alleen aanmoedigen om de maatschappelijke stage voor jongeren mogelijk te maken, maar voor iedere burger!
Niet alleen voor jongeren is een kijkje in de keuken van een bejaardentehuis, bankfiliaal of boterfabriek leuk en leerzaam. Ook voor de ervaren medewerker, van chauffeur tot directeur, is een maatschappelijke stage heel zinvol en verfrissend. Daarmee worden hokjesgeest en vooroordelen bestreden. Ik pleit er daarom voor dat elke burger wordt uitgenodigd en uitgedaagd om regelmatig op ‘safari’ te gaan in een organisatie of werkomgeving waar hij of zij zelden of nooit mee in aanraking komt.
Vooral voor topmanagers en bestuurders die al hun tijd en energie focussen op één organisatie of doel, kan zo’n maatschappelijke stage heel inspirerend zijn. Een goed initiatief in dit kader is ‘Bedrijf voor de klas’, waar mensen uit het bedrijfsleven gedurende een aantal maanden lesgeven op een middelbare school. En zo zijn er nog veel meer succesvolle ‘cross-culture’-projecten die het verdienen om als maatschappelijke stage te worden gehonoreerd.
Wie gaat dit allemaal organiseren, hoor ik de dames en heren uit het maatschappelijk veld al denken?
Hier ligt mijns inziens nog een interessante ondernemingskans, namelijk de bundeling van de aanwezige kennis en ervaring op het gebied van werving, selectie, bemiddeling en begeleiding van maatschappelijke stages in de ruime zin des woord. Nieuwe Maan, als initiatiefnemer en adviseur betrokken bij veel maatschappelijke projecten in samenwerking met het bedrijfsleven, nodigt maatschappelijk betrokken ondernemers, maatschappelijke organisaties en de overheid uit om te investeren in de opzet van een nationale maatschappelijke marktplaats.
Femke Zwaal is partner in Nieuwe Maan Communicatie Adviesgroep.