Het is nog de vraag hoe de nieuwe Groene Claims Richtlijn[1] uiteindelijk uit de ‘wet-strijd’ komt. Over deze Richtlijn (hierna: GCR) schreef ik eerder een column waarin ik het doel van de GCR en belangrijke bepalingen uit het voorstel van maart 2023 inhoudelijk behandelde.[2] Sindsdien is er verder onderhandeld over de GCR, met een standpunt (resolution) van het Europees Parlement in maart 2024[3] en onlangs een nieuwe mijlpaal: het standpunt van de Raad op 17 juni 2024 (general approach).[4] De Raad gaat later dit jaar verder in onderhandeling met het nieuwe Europees Parlement, dus er zullen ongetwijfeld weer wijzingen komen.
In mijn eerdere column licht ik een aantal basics van de GCR toe.[5] Zo gaat de GCR specifiek over milieuclaims. De bredere definitie van een duurzaamheidsclaim – waaronder naast milieu ook sociale aspecten vallen – is gereguleerd onder de Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken. De GCR verplicht bedrijven om de onderbouwing en communicatie van milieuclaims vooraf te verifiëren. In deze column ga ik in op de belangrijkste voorgestelde wijzigingen uit het standpunt van de Raad op 17 juni jl. Ook zal ik kort ingaan op enkele recente greenwashing handhavingsacties van de Autoriteit Consument en Markt, omdat ook zonder de GCR duurzaamheidsclaims kunnen worden aangepakt en de toezichthouder regelmatig optreedt.
Voorgestelde wijzigingen door de Raad
Het standpunt van de Raad bevat veel wijzigingen en aanvullingen, waardoor je bij het lezen door de bomen het bos niet makkelijk meer kunt zien. Gelukkig zijn belangrijke aanvullingen en wijzigingen goed terug te vinden.
Kleine bedrijven niet langer uitgezonderd
In eerdere versies van de GCR waren micro-ondernemingen[6] uitgezonderd van de werking van de GCR. In het standpunt van de Raad geldt deze uitzondering niet, maar krijgen micro-ondernemingen wel meer tijd om te voldoen aan de verplichtingen.[7] De Raad wil wel meer ondersteuning bieden aan kleinere bedrijven en noemt expliciet een aantal maatregelen, zoals aanvullende guidance, trainingen en financiële ondersteuning.[8] Opvallend is wel dat micro-ondernemingen geen aanspraak kunnen maken op de vereenvoudigde procedure voor het maken van milieuclaims (zie hierna).
Vereenvoudigde procedure voor minder complexe milieuclaims
De Raad stelt voor om voor bepaalde typen milieuclaims een uitzondering te maken voor ex ante verificatie door een derde partij, om administratieve en financiële lasten te verlagen.[9] Het gaat hierbij om milieuclaims die ‘minder complex’ zijn. Voor deze claims zou een vereenvoudigde procedure gaan gelden. Bij dit type claims mag een bedrijf compliance aantonen door middel van een verklaring in een zogenaamd ‘Technisch Document’.
Het kan hierbij gaan om vier categorieën milieuclaims. Het gaat onder meer om milieuclaims van bedrijven die een gecertificeerd milieukeurmerk hebben en vervolgens claims maken die betrekking hebben op dat keurmerk.[10] Een andere relevante categorie voor de vereenvoudigde procedure betreft milieuclaims die zien op één milieukenmerk. De Commissie zal hierover aanvullende regelgeving opstellen. Genoemde voorbeelden betreffen claims ten aanzien van hergebruik, verminderd energiegebruik, minder waterverbruik en afvalvermindering. De Commissie zal in aanvullende regelgeving ook opnemen aan welke bewijseisen bedrijven moeten voldoen. Claims waarvoor deze vereenvoudigde procedure uitdrukkelijk niet geschikt is, betreft vergelijkende claims, claims over toekomstige milieuprestaties en claims over het klimaat.[11]
Grotere rol voor de Milieuvoetafdruk-methode
In de nieuwe tekst lijkt meer belang te worden toegekend aan de zogenaamde Milieuvoetafdruk-methode dan in vorige versies.[12] Deze methode kunnen bedrijven gebruiken om de milieuclaims te staven aan de hand van een levenscyclus analyse. Het gaat om de zogenaamde Product Environmental Footprint Category Rules (PEFCRs) and Organisation Environmental Footprint Sectorial Rules (OEFSRs). Zo staat in de GCR overwegingen dat handelaren worden ‘aangemoedigd’ om de EU Milieuvoetafdruk-methode methodes te gebruiken. [13] In de bepalingen zelf staat dat de Commissie gedelegeerde handelingen zal aannemen waarbij EU Milieuvoetafdruk-methodes worden opgenomen. Nog sterker aangezet: als handelaren de Milieuvoetafdruk-methodes gebruiken bij milieuclaims, wordt aangenomen dat zij hiermee voldoen aan het bewijsvereiste als bedoeld in de Richtlijn.[14]
De tekst vermeldt hierbij wel dat de Commissie óók andere benchmarking methodes mag aannemen in gedelegeerde handelingen, als blijkt dat dit nodig is.[15] In een recente brief van onderzoekers en anti-greenwashing specialisten in de modesector is de oproep gedaan om niet teveel vast te houden aan Milieuvoetafdruk-methodes, omdat deze teveel nadruk zouden leggen op ‘technische levensduur’ waardoor er een voorkeur zou zijn voor synthetische materialen. [16] Andere parameters zouden nog onvoldoende zijn onderzocht, maar kunnen wel leiden tot langer gebruik van kleding, omdat voor consumenten veel meer aspecten meespelen. Uit empirisch onderzoek zou blijken dat consumenten vaak langer doen met een kledingstuk dat is gemaakt van materiaal dat technisch gezien minder lang mee zou gaan. Materialen gemaakt van andere – meer natuurlijke – materialen en landbouwmethodes gericht op biodiversiteit en gezonde grond zouden eerder buiten de boot vallen in de PEF-criteria. Hiervan kunnen duurzamere bedrijven nadeel ondervinden en dit zou zelfs leiden tot een wellicht ongewilde voorkeur voor een fast fashion-aanpak. Het zou goed zijn als de Commissie in toekomstige gedelegeerde handelingen een goed geïnformeerde en holistische kijk kiest bij de Milieuvoetafdruk-aanpak.
Geaggregeerde scores gereguleerd
Al in eerdere versies van de GCR werd ingegaan op milieuclaims in de vorm van een zogenaamde geaggregeerde score. Het gaat hierbij om verschillende factoren die worden samengevat in één score, bijvoorbeeld in een cijfer, symbool of letter in verschillende ranges. Een voorbeeld hiervan is de Nutri-score, waarbij binnen dezelfde productsoorten je kunt vergelijken hoe voedzaam en gezond een product is, variërend van A (groen) tot en met E (oranje). Ook in de wereld van duurzaamheidsclaims wordt hier steeds vaker gebruik van gemaakt.
Hoewel een dergelijke score in één oogopslag best veel informatie kan geven aan consumenten over de mate van bijvoorbeeld milieuvriendelijkheid, stelt de GCR de potentie van misleiding aan de kaak. Bij een dergelijke score kunnen negatieve milieuaspecten worden afgezwakt met of ‘verstopt’ door de positievere milieueffecten van andere aspecten van een product. Deze negatieve aspecten zie je in zo’n score niet makkelijk meer terug.[17] Daarnaast is de huidige praktijk dat bedrijven zelf hun (reken)methodes ontwikkelen en in de markt zetten, waardoor verschillende methodologieën ten grondslag liggen aan de geaggregeerde scores. Dit maakt het lastig vergelijken. Eenzelfde product kan hiermee zelfs verschillende scores krijgen bij andere aanbieders.
Om dit te voorkomen, staat in het GCR voorstel dat een geaggregeerde score alleen nog mag worden gebruikt op grond van regelgeving ontwikkeld in de EU. Bij afwezigheid van EU-regels zou het ook mogen op basis van nationaal recht. Hoe dit er verder uit zal zien moeten we nog afwachten, maar ik denk dat het een goede ontwikkeling is om één lijn te trekken in de (reken)methodes zodat we producten beter kunnen vergelijken.
Recente ACM handhaving
Ook zonder de GCR is er een goede basis om misleidende duurzaamheidsclaims aan te pakken. Namelijk, met de wetgeving omtrent Oneerlijke Handelspraktijken (hierna: OHP). Ook hier schreef ik eerder over.[18] De amendementen op deze Richtlijn zijn inmiddels aangenomen.[19] Nu al zorgt OHP voor stevig optreden door Europese toezichthouders voor reuring in de markt. De Nederlandse toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft ook niet stilgezeten. Een aantal recente acties is hierbij noemenswaardig:
Klimaatambities onderbouwen
Na gesprekken met de ACM stopt energieleverancier Eneco met het gebruik van de slogan “Sneller klimaatneutraal” in hun reclames. “Het gebruik van deze algemene claim kan voor onduidelijkheid zorgen bij consumenten over de specifieke duurzaamheidsvoordelen van producten van Eneco. De ACM ziet deze duurzaamheidsclaim als mogelijk misleidend. Ook is het niet duidelijk dat het gaat om een ambitie voor het jaar 2035.”[20] Klimaatambities hebben is dus goed, maar hier moet een goed plan aan ten grondslag liggen én de claims hierover moeten duidelijk zijn.
Vermijd absolute termen en groene blaadjes
De online platforms Booking.com[21] en Zalando[22] hebben ook aanpassingen doorgevoerd op hun websites en programma’s. De meest noemenswaardige aanpassingen betreffen het niet langer gebruiken van termen gerelateerd aan ‘duurzaamheid’. Bij Booking.com vond de ACM dat de term ‘Travel Sustainable’ ten onrechte de indruk wekt dat reizen duurzaam is en het was niet voldoende duidelijk waar de scores binnen dit programma op gebaseerd waren. Het gebruik van een groen blaadje bij de tekstuele claim versterkte dit.
Zalando heeft na een Europees traject in samenwerking met de ACM het duurzaamheidsfilter en de term ‘duurzaamheid’ verwijderd. Zalando heeft toegezegd in plaats van deze absolute claims, duidelijke informatie te geven over een specifiek duurzaamheidsvoordeel. Zoals het vermelden van een percentage aan gerecycled materiaal in een product. Ook Zalando verwijdert visuele claims gelinkt aan duurzaamheid, zoals een groen blaadje of een boom.
Gerbrich Kozijn is werkzaam als zelfstandig duurzaamheidsstrateeg en jurist waarbij zij zich focust op onder meer anti-greenwashing.
Dit artikel is eerder geplaatst op de website van Vereniging van Milieurecht
——————————————————————————
[1] Voorstel voor een Richtlijn betreffende de staving en het communiceren van uitdrukkelijke milieuclaims, COM(2023)166. Te vinden via: EUR-Lex – 52023PC0166 – EN – EUR-Lex (europa.eu)
[4] Zie persbericht Green claims directive: Council ready to start talks with the European Parliament – Consilium (europa.eu) en het voorstel: Proposal for a Directive of the European Parliament and of the Council on substantiation and communication of explicit environmental claims (Green Claims Directive) – General approach, 17 juni 2024
[6] Dit betrof ondernemingen met maximaal 10 werknemers en max. jaaromzet van 2 miljoen euro
[7] Micro-ondernemingen krijgen 14 maanden langer de tijd om te voldoen dan grotere bedrijven, zie Overweging 54a en artikel 25 onder 1a.
[8] Artikel 12 GCR.
[9] Overweging 26a GCR.
[10] Artikel 3a lid 2 GCR.
[11] Artikel 3 lid 3 GCR.
[12] EU Environmental Footprint methodes.
[13] Overweging 32 GCR.
[14] Artikel 3 lid 4 GCR, verwijzend naar artikel 3 lid 1 GCR.
[15] Artikel 3 lid 4 GCR, verwijzend naar artikel 18 GCR.
[16] Zie: Letter sent to the EU Council – Clothing research (oslomet.no)
[17] Overweging 41 GCR.
[18] Zie Nieuwe regels tegen greenwashing: een kleine stap in de groene richting – VMR (milieurecht.nl).
[19] De nieuwe OHP regels zijn aangenomen in februari 2024, zie Consumer rights: final approval for the directive to empower consumers for the green transition – Consilium (europa.eu).
[20] Eneco stopt met claim ‘sneller klimaatneutraal’ na actie ACM | ACM.nl
[21] Booking.com haalt ‘Travel Sustainable’ programma offline na actie ACM | ACM.nl
[22] Zalando verwijdert misleidende duurzaamheidsclaims na optreden Europese toezichthouders | ACM.nl