Klimaatneutraal produceren, of zelfs CO2 onttrekken aan de atmosfeer? Ambitieuze klimaatdoelstellingen zijn snel op papier gezet. Maar de klimaatdoelstellingen vragen om maatregelen die de daadwerkelijke ecologische voetafdruk van bedrijven snel verkleinen. Geanne van Arkel, Head of Sustainable Development bij Interface en MVO-manager van het jaar 2018, deelt zes lessons learned om uiteindelijk klimaatpositief te produceren.
Tapijttegelfabrikant Interface startte in de jaren 90 van de vorige eeuw met een klimaatneutrale productie. Hoewel dat zijn vruchten afwerpt, leeft tegelijkertijd het besef dat voor het omkeren van klimaatverandering meer nodig is. Interface wil daarom de opgedane ervaring en geleerde lessen zoveel mogelijk delen met andere organisaties, zodat ook zij hun CO2-footprint kunnen verkleinen. Dit zijn de zes belangrijkste lessons learned:
1. Maak duurzaamheidsdoelen meetbaar
Organisaties zijn gewend overal KPI’s aan te hangen als het gaat om financiële prestaties. “Bij duurzaamheidsdoelen is dat nog niet gebruikelijk”, zegt Van Arkel. “Door nulmetingen te doen en duidelijke doelen te stellen, weet de hele organisatie waar ze naartoe moet werken om daadwerkelijk resultaten te boeken.”
“Kleine meetbare stappen stimuleren medewerkers. Een consistent en jarenlang volgehouden duurzaamheidsbeleid met een duidelijk doel draagt daaraan bij.”
2. Wees ambitieus
Vanaf 1994 bestudeert Interface haar eigen productieprocessen grondig. Zo bepaalt het bedrijf wat beter kan. Van Arkel: “We hebben in kaart gebracht hoeveel materialen, water en energie er tijdens de productie worden gebruikt en hoeveel afval dit oplevert. Maar ook dat de grootste impact buiten onze fabrieken plaatsvindt en dat het dus belangrijk is om samen te werken met leveranciers en klanten.”
Daarom is het belangrijk, volgens Van Arkel, om iedereen vanuit zijn eigen rol en expertise aan de duurzaamheidsdoelen te laten werken. “Onze inkopers zijn meer innovatiemanagers en de verkoopcollega’s denken mee over het verlengen van de gebruiksduur van de vloer en hoe tapijttegels een tweede leven kunnen krijgen met behulp van ons ReEntry-programma.”
3. Daag jezelf overnieuw uit wanneer een doel in zicht is
Het is goed om doelen te stellen als het gaat om duurzaamheid. Maar organisaties moeten die doelen ook aanscherpen als het doel binnen bereik is. Interface heeft jarenlang gewerkt aan haar Mission Zero-doelstelling om de CO2-uitstoot in 2020 te reduceren tot 0. Maar dankzij Paul Hawken’s Project Drawdown scherpte Interface haar missie onlangs aan: CO2-negatief en daardoor klimaatpositief en regenererend ondernemen in 2040.Mission Zero werd daarmee Climate Take Back, een project met nieuwe, nog ambitieuzere doelstellingen. “Als je bijna je doel bereikt hebt, kan het zijn dat je te veel gaat inzoomen op de laatste stappen die je nog moet zetten. Dat verkleint de oplossingsruimte. Door een ambitieuzer doel neer te zetten, zoom je uit en zie je weer nieuwe kansen. Bij Interface heeft dat geresulteerd in het prototype tapijttegel Proof Positive: geen kleine CO2-footprint, maar een footprint van -2 kilogram CO2 per vierkante meter.”
4. Betrek leveranciers actief
Ook leveranciers van basisgrondstoffen spelen een grote rol in de CO2-uitstoot van een organisatie. Door hen actief te betrekken bij een duurzaamheidsprogramma, is het mogelijk om een hele keten klimaatneutraal te laten produceren. “Vraag leveranciers dus om hulp”, zegt Van Arkel. “We hebben onze garenleveranciers gevraagd ons te helpen met het vermijden van olie, door dit te vervangen met gerecyclede of biobased grondstoffen. Daardoor heeft een van hen uiteindelijk door samenwerking met de commerciële visserij 100% gerecycled nylon garen kunnen ontwikkelen. Dit garen wordt nu niet alleen in de tapijtsector gebruikt maar ook in de modewereld, van H&M tot Prada.”
5. Laat medewerkers hun eigen rol ontdekken
Organisaties die enkel vanuit de bestuurskamer inzetten op duurzaamheid, kunnen wellicht een snelle start maken, maar laten heel veel kansen liggen. Enthousiasme, geloof en steun vanuit de gehele organisatie zijn essentieel. Medewerkers activeren om zelf bij te dragen aan de duurzaamheidsdoelstellingen is de sleutel.”Binnen Interface is niet alleen een netwerk van duurzaamheidsambassadeurs opgezet, maar wordt ook in het introductieprogramma duurzaamheid integraal meegenomen. Op deze manier zien nieuwe collega’s meteen kansen om in hun eigen rol bij te dragen aan de duurzaamheidsdoelstellingen van Interface. Dat leidt niet alleen tot meer betrokken medewerkers, maar ook tot innovaties en kansrijke initiatieven.”
6. Geef ruimte aan externe kennisdeling
Niet alleen de eigen productieprocessen zijn belangrijk voor de CO2-uitstoot. Door medewerkers de kans te geven om bij andere projecten, buiten het eigen bedrijf, hun kennis te delen, is het mogelijk een sneeuwbaleffect te creëren. “Juist door ook van andere organisaties te leren rondom de Climate Take Back-thema’s inclusiviteit, circulariteit en biobased, natuurlijk kapitaal, biodiversiteit en de Sustainable Development Goals. Dit leidt tot kruisbestuiving en nieuwe ideeën zowel binnen als buiten Interface”, besluit Van Arkel.