ESG staat voor Environmental, Social en Governance (Milieu, Maatschappij en Governance) en verwijst naar de drie belangrijkste factoren bij het meten van duurzaamheid van een onderneming. De term is afgeleid van het in de jaren ’90 geïntroduceerde concept ‘Triple Bottom Line’ wat ook wel bekend staat als ‘People, Planet and Profits’ (PPP).
Het concept gaat uit van het principe dat ondernemingen zich niet alleen op ‘Profit’ (winst) voor de aandeelhouders moeten richten maar op elk van de drie P’s. Ondernemingen kunnen op lange termijn alleen duurzaam opereren als zij zich ook richten op de andere twee P’s en op die manier niet alleen financiële waarde voor hun aandeelhouders creëren maar ook niet-finaniële waarde voor de rest van haar stakeholders.
Via het ESG-concept formuleert de onderneming naast haar financiële doelen ook doelstellingen op het gebied van Milieu, Maatschappij en Governance zodat er niet uitsluitend wordt gewerkt aan economische waardecreatie maar op een gestructureerde wijze wordt gewerkt aan lange termijn waardecreatie.
Lange termijn waardecreatie
De Nederlandse Corporate Governance Code schrijft voor dat ondernemingen zich moeten richten op lange termijn waardecreatie. Lange termijn waardecreatie is het gedrag en de acties van alle actoren binnen en buiten de onderneming gericht op gedeelde en duurzame financiële en niet-financiële waardecreatie voor alle interne en externe stakeholders van die onderneming.
Naast financiële doelstellingen zou de onderneming, als onderdeel van haar duurzame strategie op lange termijn, daarom ook specifieke ESG-doelstellingen (milieu, sociale en governance doelstellingen) moeten formuleren. De milieudoelstellingen bepalen daarbij op welke wijze de onderneming wil presteren op het gebied van bijvoorbeeld CO2-uitstoot, afvalproductie en -verwerking, lucht- en bodemverontreiniging, klimaatverandering, energieverbruik en ontbossing).
Via sociale doelstellingen bepaalt de onderneming op welke wijze zij mensen binnen en buiten de onderneming wil behandelen. Daarbij kun je denken aan bijvoorbeeld diversiteit/inclusiviteit, gelijke kansen, gezondheid en veiligheid, persoonlijke ontwikkeling en werkomstandigheden). De governance doelstellingen tot slot bepalen op welke wijze de onderneming om wil gaan met zaken als goed bestuur, beloning van directie en management, belastingen, corruptie en omkoping, transparantie en integriteit en maatschappelijk verantwoord handelen.
ESG doelen en winstgevendheid
Uit onderzoek is gebleken dat ondernemingen die werken volgens het ESG-principe op lange termijn ook winstgevender zijn doordat zij zich richten op langetermijn waardecreatie voor al hun stakeholders – aandeelhouders, werknemers, klanten, leveranciers en de maatschappij in het algemeen.
Een strategie gericht op het behalen van ESG doelen leidt er over het algemeen namelijk toe dat de onderneming op langere termijn meer klanten weet te interesseren voor haar producten/diensten, minder energie en grond- en hulpstoffen gebruikt, onafhankelijker kan opereren en minder afhankelijk is van wet- en regelgeving, gemotiveerdere medewerkers heeft en aantrekkelijker is voor de arbeidsmarkt en haar kapitaalgoederen (inventaris, machines, gebouwen) langer kan gebruiken en daarop minder hoeft af te schrijven.
Op lange termijn hebben deze effecten ook een positieve invloed op de winstgevendheid van de onderneming.
Frank van Ee, directeur Corporate Finance bij Alfa Accountants en Adviseurs