Dat concludeert FNV Mondiaal in de Bedrijvenmonitor 2003, waarin verslag wordt gedaan van onderzoeken naar het maatschappelijk verantwoord ondernemen van Ahold, Akzo Nobel, Philips en Unilever. Het rapport is het eerste resultaat van een vijf jaar lang lopend onderzoek (van 2001 tot 2006) naar het handelen van de vier multinationals in zes landen.
‘Zaken als marketing, maar ook milieu of veiligheids- en gezondheidsbeleid, worden vaak centraal aangestuurd vanuit de hoofdkantoren’, schrijven de FNV-onderzoekers. ‘Dat is meestal niet het geval met het bedrijfsbeleid ten aanzien van vakbonden, collectieve onderhandelingen of lonen.’
De Zuid-Afrikaanse vestigingen springen er in het onderzoek goed uit. FNV schrijft dat toe aan ‘een krachtige vakbeweging’ en ‘betere arbeidswetgeving’. Zuid-Korea doet het slecht; ‘erg vakbondsonvriendelijke wetten’ zouden daarvan de oorzaak zijn. De FNV noemt de Zuid-Koreaanse vestiging van Unilever een uitzondering. Daar heeft het management goede contacten met de vakbonden.
Er zijn bij de vier bedrijven geen schokkende omstandigheden aangetroffen, aldus het onderzoek. Kinderarbeid of dwangarbeid werd in geen van de concerns geconstateerd. Of dit ook bij de toeleveranciers niet voorkomt, kon de FNV niet vaststellen. Ook wat betreft discriminatie op basis van sekse of huidskleur zijn ‘geen grote misstanden’ gevonden.
Volgens de onderzoekers scoren de bedrijven wel slecht bij de betaling van werknemers. ‘In bijna alle gevallen zijn de lonen laag. De werknemers onderaan de ladder – en dat is meestal het merendeel van het personeel van de vestiging – zitten overal onder het minimum leefbaar loon, al is nergens geconstateerd dat er minder dan het wettelijk minimum salaris betaald wordt.’
Met name Akzo Nobel en Philips betalen relatief weinig. Op de Zuid-Koreaanse vestiging van Philips na, betalen deze concerns minder dan het gemiddelde loon in de desbetreffende landen. Wat betreft de secundaire arbeidsvoorwaarden doen de multinationals het ‘redelijk goed’. FNV Mondiaal maakt de kanttekening dat deze conclusies alleen gelden voor vaste werknemers van de concerns zelf. Hoe het staat bij toeleveranciers en onderaannemers is niet bekend, terwijl in de afgelopen tijd vaak werk aan dergelijke bedrijven is uitbesteed. Ook wordt steeds meer gebruikgemaakt van tijdelijk personeel.