De interesse in elektrische auto’s groeit en er komen steeds betaalbaardere modellen op de markt. Toch neemt het aantal mensen dat van plan is een elektrische auto te kopen niet toe. Dit blijkt uit de Elektrisch Rijden Monitor 2024, die de ANWB vandaag heeft gepubliceerd. Daarom is het essentieel dat de overheid nu maatregelen neemt om elektrisch rijden betaalbaar te maken en duidelijkheid te verschaffen over de kosten, zoals de motorrijtuigenbelasting (MRB). Stimulering blijft noodzakelijk, want volgens de huidige kabinetsplannen betalen elektrische rijders meer MRB dan vergelijkbare brandstofauto’s, vanwege het extra gewicht van de accu. Dit zal de overgang naar elektrisch vervoer vertragen.

De betaalbaarheid van elektrische auto’s blijft voor veel Nederlanders de grootste uitdaging. De aanschafprijs weegt zwaarder dan de actieradius of het laadnetwerk. Het aantal mensen dat van plan is de komende jaren een elektrische auto te kopen blijft nagenoeg gelijk aan voorgaande jaren.

Aanschaf EV wordt beïnvloed door MRB

Het gebrek aan duidelijkheid van de overheid over autobelastingen speelt momenteel een grote rol. Ongeacht of men positief of negatief staat tegenover de veranderingen in de motorrijtuigenbelasting (wegenbelasting) voor elektrische auto’s, zijn Nederlanders vooral op zoek naar zekerheid. De helft van de Nederlanders geeft aan dat de aanschaf van een elektrische auto wordt beïnvloed door de MRB. Met de plannen van het kabinet zullen de maandlasten van elektrische auto’s fors stijgen. Aankomend jaar betalen EV-rijders 25 procent van het benzinetarief, oplopend naar 100 procent in 2030. De steun van het kabinet verdwijnt nu in rap tempo, terwijl Nederlanders op dit moment al per kilometer meer kwijt zijn aan een elektrische auto (75,6 cent per km) dan aan een vergelijkbare benzineauto (66,8 cent per km). De snelheid waarmee stimuleringsmaatregelen, met name de MRB-korting, worden afgebouwd is te snel in verhouding tot de grote investering die Nederlanders nog steeds moeten doen bij de aankoop van een elektrische auto.

EV-markt maakt stappen

De ANWB voorziet een toename van het aantal tweedehands elektrische auto’s – veelal afkomstig uit de lease – en de komst van meer nieuwe modellen met een relatief lagere aanschafprijs. Aan het eind van dit jaar is het aantal nieuwe EV’s met een aanschafprijs tot €50.000 gestegen van 57 naar 83 modellen, en onder de €35.000 is dit aantal gegroeid van 7 naar 16 modellen. Deze beter betaalbare modellen zijn van belang voor de overstap naar elektrisch rijden. De gemiddelde aanschafprijs van een elektrische auto is licht gestegen naar €46.022, terwijl de betalingsbereidheid van Nederlanders voor een nieuwe EV is gestegen naar €34.436. Hierdoor is het verschil tussen het gemiddelde aankoopbedrag en het bedrag dat kopers willen uitgeven aan een elektrische auto verkleind van €14.151 in 2023 naar €11.586 dit jaar.

Gewenste actieradius en laadnetwerk

Naast de nieuwprijs van elektrische voertuigen en de (goedkopere) tweedehandsmarkt, zijn actieradius en het laadnetwerk belangrijke factoren voor Nederlanders bij de beslissing om een elektrische auto aan te schaffen. Voor 6 op de 10 Nederlanders ligt de gewenste actieradius tot 500 km, wat overeenkomt met de gemiddelde actieradius van een EV in 2024, namelijk 418 km. Daarnaast geeft 4 op de 10 Nederlanders aan dat ze een actieradius van meer dan 500 km willen.

Inmiddels rijden er 522.747 elektrische auto’s rond in ons land, wat neerkomt op 5,5 procent van het totale personenwagenpark. Nederland blijft koploper in Europa als het gaat om openbare laadpaaldichtheid, met 1 laadpunt per 3 elektrische auto’s (174.442 AC- en DC-laadpunten).

Het onderzoek voor de ANWB Elektrisch Rijden Monitor richt zich op de ontwikkeling van elektrisch rijden in Nederland, de belangrijkste drempels, politieke maatregelen, de diversiteit onder Nederlanders, de houding van elektrische rijders en de positie van Nederland in een Europese context.