Laten we er vanuit gaan dat uw organisatie de totale uitstoot van broeikasgassen heeft gemeten, inzicht heeft in de gevolgen voor het milieu en ambitieuze doelstellingen heeft vastgesteld voor de vermindering van de uitstoot van alle of enkele bronnen die uitstoot veroorzaken. Nog beter zou zijn dat de reductiedoelstellingen zijn gevalideerd door het Science-based Target Initiative (SBTi), waardoor ze nog meer erkenning krijgen. Specifieke emissiereductiedoelstellingen geven u, en de mensen binnen uw organisatie sterke doelen als leidraad voor alle toekomstige besluitvormingsprocessen en bedrijfsactiviteiten.

Vandaag hebben meer dan 1250 organisaties over de hele wereld SBTs vastgesteld in overeenstemming met het klimaatakkoord van Parijs. Maar hoe gaan ze deze doelen bereiken? Als organisatie heeft u zich misschien ook wel eens de vraag gesteld: Hoe kan ik mijn totale voetafdruk verkleinen en mijn doelstellingen op korte en lange termijn bereiken?

Figuur 1: Toename van bedrijven die zich aansloten bij SBTi

We weten dat het grootste deel van de emissies van een organisatie verband houdt met de energie die wordt geproduceerd en verbruikt voor de productieactiviteiten. Met de nadruk op energie geeft dit artikel een aantal mogelijkheden voor emissiereductie voor alle emissiebronnen, en wat u in gedachten moet houden bij prioriteit geven aan oplossingen.

Door deze acties te implementeren, draagt u niet alleen bij aan het bereiken van een ‘net zero’ maatschappij – u verbetert ook uw reputatie en anticipeert op veranderingen in technologie, regelgeving en het gedrag van klanten.

Het verminderen van Scope 1 emissies

Wanneer we het hebben over scope 1 emissies, verwijzen we naar alle broeikasgassen die worden uitgestoten door stationaire en mobiele bronnen in eigendom of onder beheer. Bijvoorbeeld machines en voertuigen die eigendom zijn van of geleased worden door uw werkgever om uw bedrijfsactiviteiten uit te voeren.

Figuur 2: Scope 1 emissies

Enkele mogelijkheden om de emissies van scope 1 te verminderen zijn:

  1. Energie-efficiëntie. Minder energieverbruik = minder uitstoot van broeikasgassen. Zo eenvoudig als dat.Hoe? Door over te stappen op machines, voertuigen of apparatuur die minder energie verbruiken voor hetzelfde resultaat. U verlaagt niet alleen uw energieverbruik – en uw factuur – maar vermijdt ook de verbranding van brandstoffen voor energieproductie, en dus het vrijkomen van broeikasgassen uit die verbranding in de atmosfeer. Dat is het geval wanneer u besluit een zuinigere vrachtwagen of verwarmingsketel te kopen voor de productie van verwarming.
  2. Overschakelen op alternatieve brandstoffen en hernieuwbare energiebronnen. Door elektriciteit of andere brandstoffen te gebruiken in plaats van fossiele brandstoffen, zoals biomassa en biobrandstof, worden geen of zeer weinig emissies gegenereerd in de verbrandingsfase. Enkele voorbeelden:
  3. Koop of lease elektrische voertuigen in plaats van benzineauto’s.
  4. Pas apparatuur aan om met elektriciteit te kunnen werken en vermijd de verbranding van fossiele brandstoffen.
  5. Gebruik biomassa in plaats van aardgas om warmte op te wekken.

Een voorbeeld: UPS heeft zich geëngageerd om tot 10.000 elektrische voertuigen aan te schaffen in 2020, waardoor de uitstoot van haar verbranding van fossiele brandstoffen kan worden verminderd (lees hier meer).

Het verminderen van Scope 2 emissies

Indirecte emissies van de opwekking van gekochte elektriciteit, stoom, verwarming en koeling zijn opgenomen in scope 2.

Figuur 3: Scope 2 emissies

Enkele mogelijkheden om de emissies van scope 2 te verminderen zijn:

  1. Koop elektriciteit en verwarming, koeling en stoom in bij leveranciers die gebruik maken van hernieuwbare bronnen. Wanneer een energieleverancier kan garanderen dat zijn product is opgewekt door hernieuwbare bronnen, zoals elektriciteit van windturbines, zal hij de emissies van de productiefase kunnen verminderen.
  2. Energie-efficiëntie. In aanvulling op wat is genoemd voor scope 1 emissiereductie, zal uw organisatie, door energie-efficiënte apparatuur te gebruiken, ook in staat zijn om haar afhankelijkheid van energie en haar leveranciers te verminderen, waardoor emissies voor de opwekking van deze energie worden vermeden.
  3. Installeer zonnepanelen op het dak van uw faciliteit om uw eigen elektriciteit te produceren en emissies van elektriciteitsleveranciers elders te vermijden.

Een voorbeeld: Ferrero is op weg om 100% groene elektriciteit te betrekken voor haar fabrieken, wat zal bijdragen aan het bereiken van de 2030-doelstelling om de uitstoot van haar activiteiten met 50% te verminderen (lees hier meer).

Het verminderen van Scope 3 emissies

Scope 3-emissies omvatten alle andere indirecte emissies die plaatsvinden in de waardeketen (upstream en downstream), die zijn opgesplitst in 15 verschillende categorieën. Hieronder vallen zakenreizen, upstream en downstream transport en distributie, kapitaalgoederen en verwerking van verkochte producten. In de meeste gevallen is scope 3 verantwoordelijk voor het grootste deel van de totale broeikasgasemissies van een bedrijf.

Emissiereductiestrategieën in scope 3 zijn beslist de meest uitdagende om aan te pakken. Door een gebrek aan directe controle over de bronnen van deze emissies, moeten bedrijven out of the box denken en samenwerking nastreven met alle betrokkenen in hun waardeketen – van de grondstoffenwinnaars tot de eindconsumenten.

Figuur 4: Scope 3 emissies

Enkele mogelijkheden voor reductie vanuit scope 3 zijn:

  1. Betrokkenheid bij de toeleveringsketen door middel van evenementen, workshops en webinars, om het bewustzijn bij leveranciers te vergroten en hen over te halen om geen of koolstofarme oplossingen toe te passen.
  2. Ontwerp voor cyclabiliteit en een circulair model aannemen. Activiteiten gericht op het beter benutten van afval door recycling of het ontwerpen van producten met een langere levensduur en die recyclebaar zijn. Op die manier vermindert u de hoeveelheid afval en vermijdt u emissies door de verwerking van dat afval.
  3. Hulpbronnen op een efficiëntere manier gebruiken. Door het aantal hulpbronnen dat u voor uw activiteit gebruikt te verminderen, vermijdt u emissies die het gevolg zijn van de winning, de verwerking en het vervoer van die hulpbronnen.
  4. Pas duurzame criteria toe bij uw aankoopactiviteiten en koop goederen en diensten met een lagere uitstoot.
  5. Verminder zakenreizen en het woon-werkverkeer van werknemers. Voer strategieën in om het gebruik van voertuigen met één inzittende tot een minimum te beperken, verstrek informatie over alternatief vervoer (zoals bus, trein, fietsdeling of persoonlijke mobiliteitsroutes) aan werknemers en installeer fietsenrekken voor werknemers en bezoekers.

Figuur 5: Overwegingen bij het prioriteren van reductiemogelijkheden

Een voorbeeld: Lloyds Banking Group biedt een Green Salary Sacrifice-regeling waarmee werknemers kunnen profiteren van aanzienlijke belastingvoordelen bij het leasen van een elektrische auto. De groep is ook bezig met het uitrollen van oplaadpunten voor elektrische voertuigen over de parkeerterreinen van het bedrijf (lees hier meer).

Maak uw bedrijf emissievrij

Niet alle bovengenoemde strategieën om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen zijn in elke organisatie haalbaar of nodig. Zowel omdat de aan te pakken emissiehaarden van elkaar kunnen verschillen, als omdat sommige reductieoplossingen meer of minder haalbaar kunnen zijn voor bedrijven die in verschillende sectoren actief zijn. Zodra u een lijst van mogelijke reductiestrategieën hebt, moet voor elke mogelijkheid het volgende worden bepaald:

  • De kosten van uitvoering;
  • Het emissiereductiepotentieel;
  • Het vereiste tijdschema voor de implementatie;
  • Bijkomende voordelen voor het welzijn van de gemeenschap, natuurbehoud en technologische ontwikkeling, om er maar een paar te noemen.

Met deze informatie kunt u het potentiële klimaatrendement op investering voor elke mogelijkheid berekenen en prioriteit geven aan de meest klimaat- en kosteneffectieve oplossingen in overeenstemming met uw activiteit.

Conclusie

In het algemeen beginnen bedrijven met het terugdringen van koolstofemissies die dichter bij de kern liggen (Scope 1- en Scope 2-emissies). Dat komt omdat dergelijke emissies worden gegenereerd door bronnen die zij bezitten of controleren, en dus gemakkelijker aan te pakken zijn. Scope 3-emissies daarentegen zijn de minst gerichte en moeilijkst te beheersen emissies, omdat ze worden gegenereerd door bronnen die het bedrijf niet rechtstreeks in eigendom heeft – zoals grondstofwinning en logistiek.

In de meeste gevallen kunnen Scope 3-emissies echter goed zijn voor meer dan 50% van de totale broeikasgasemissies van een organisatie. Daarom is het van groot belang de inspanningen op te voeren om de berekeningsmethoden en reductiestrategieën voor Scope 3-emissies te verfijnen.

Door uw voetafdruk te verkleinen, kunt u niet alleen bijdragen aan een duurzame toekomst voor iedereen. U zult in staat zijn om te gedijen in een voortdurend veranderende wereld, door te voldoen aan de verwachtingen van uw stakeholders en het risico van hogere kosten en regelgeving in verband met klimaatverandering te verminderen.

Dus waarom nu niet beginnen? Wees een koploper en een voorbeeld voor uw collega’s. Zet uw strategie en doelstellingen om in actie.