In de praktijk is het lastig voor gevestigde productieketens om grote stappen te zetten op het gebied van vergroening. Eco-innovaties die daar invulling aan kunnen geven, blijven vaak op de plank liggen. Dit komt doordat de vraag naar groenere producten ontbreekt, verduurzaming een heel nieuwe manier van werken vereist, die niet altijd aansluit bij gevestigde belangen, of doordat de investeringsruimte ontbreekt. Dit blijkt uit een analyse van de beton- en glastuinbouwketen door het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving), ‘Eco-innovatie in gevestigde productieketens’, die vandaag is verschenen.
Verduurzaming gaat nog stap voor stap
Productieketens met gevestigde belangen, zoals de beton- en de glastuinbouwketen, zetten vooral in op stap-voor-stap verbetering van bestaande technieken (vaak gericht op kostprijsreductie). Her en der wordt al wel op kleine schaal gewerkt met duurzamere productieprocessen, maar tot grootschalige toepassingen komt het vooralsnog niet.
Weinig vraag naar groen beton
In de betonketen is het technisch al mogelijk om verder te vergroenen door bijvoorbeeld de betonsamenstelling te veranderen, het bouwproces aan te passen, of beton hoogwaardig te recyclen. In de praktijk blijkt het lastig om deze innovaties op te schalen. Er is nog nauwelijks vraag naar ‘groen’ beton en de keten kent een groot aantal regels en normen waar nieuwe producten maar moeilijk aan kunnen voldoen. De overheid zou, als grootste opdrachtgever van de bouw, haar aanbestedingsbeleid beter kunnen benutten om meer speelruimte te creëren voor eco-innovatie.
Weinig investeringsruimte glastuinbouw
In de glastuinbouw worden goede resultaten geboekt op het gebied van energiebesparing en CO2-emissiereductie. Tegelijkertijd ligt er nog een grote uitdaging in het omschakelen naar hernieuwbare energie. Er wordt al geëxperimenteerd met klimaatneutrale kassen, energiebesparende teelmethoden en meer gebruik van aardwarmte. De sector kampt echter met een gebrek aan investeringsruimte door zowel slechte marktomstandigheden als de focus op concurrentie op kostprijs en de daarmee samenhangende schaalvergroting. Om meer investeringsruimte te creëren voor verdere vergroening, zal de sector meer op kwaliteit moeten gaan concurreren en nieuwe afzetmarkten moeten aanboren. De overheid zou voor een verdere vergroening van deze sector kunnen inzetten op het creëren van investeringsruimte, het faciliteren van het zoeken naar nieuwe product-marktcombinaties, en het stroomlijnen van subsidies.