“Mijn vader nam ons vroeger vaak mee op sleeptouw door de Schotse Highlands. We genoten niet alleen van de natuur, maar we verzamelden ook afval dat door anderen was achtergelaten. Die boodschap, dat je de natuur beter achter moet laten dan hoe je het hebt aangetroffen, die is me altijd bijgebleven.” Dat Dylan McNeill van duurzaamheid zijn levenswerk zou maken, leek haast wel voorbestemd. Toen hij startte met de studie Global Business en Stakeholder Management aan de Erasmus Universiteit, behoorde hij tot een van de eerste lichtingen die duurzaamheid als specialisatie kon kiezen. “Nu is dat veel gebruikelijker. Gelukkig maar.” Als Supplier Sustainability Manager werkt hij aan het verduurzamen van toeleveringsketen van Philips. Samen met leveranciers: “Bij Philips hebben we echt wel al wat bereikt op dit gebied; zo committeren we ons aan wetenschappelijk onderbouwde doelstellingen voor het verminderen van CO2-uitstoot. Dat wil zeggen dat we maatregelen nemen die in lijn zijn met een opwarmingsscenario van maximaal 1,5 graden. Als we al de helft van onze leveranciers daar in mee krijgen, dan kunnen we een impact maken die ruim zeven keer zo groot is als de maatregelen die we nemen voor onze eigen locaties.”
Om dat te bereiken werd onlangs een nieuw programma geïntroduceerd om leveranciers te stimuleren en te helpen om zich ook aan deze maatregelen te committeren: “In contracten met leveranciers zijn altijd wel bepaalde verwachtingen opgenomen op het gebied van duurzaamheid. Waar we van af zijn gestapt, is het houden van audits om te controleren of leveranciers zich daar wel aan houden. We merken dat het veel beter werkt om samen na te denken over oplossingen, om het beter te doen. Daar reageren onze leveranciers eigenlijk heel erg goed op; je biedt namelijk daadwerkelijk een handreiking om iets te doen.”
Het programma bestaat uit een zes-stappenplan: van het bepalen hoe ver een leverancier al is in zijn duurzaamheidsambities, tot het invoeren van maatregelen en gezamenlijk naar buiten treden om CO2-vermindering te promoten als het ‘nieuwe normaal’.
“Het mooie van dit werk is dat we ook regelmatig langs gaan bij leveranciers en daar onze waarde kunnen bewijzen. We nemen ze stap voor stap mee in het mogelijke verbetertraject. We maken zo veel mogelijk gebruik van good practices; een leverancier hoeft niet zelf alles uit te vinden, maar kan ook bijvoorbeeld maatregelen van andere producenten om CO2-uitstoot te verlagen overnemen.”
Laaghangend fruit
De eerste stappen die een leverancier zet, zijn vaak het gemakkelijkste, aldus Dylan: “Als we voor het eerst een fabriek binnenkomen, dan is er altijd wel wat ‘laaghangend fruit’ dat we kunnen plukken en waar we meteen veel impact mee kunnen maken.”
Het onderwerp duurzaamheid is al lang niet meer zo niche als wanneer hij startte met zijn studie: “De afgelopen jaren zijn we echt in een enorme stroomversnelling terechtgekomen. Wat ik tekenend vond, is een recent onderzoek waaruit blijkt dat 70 procent van de Amerikanen nu gelooft dat klimaatverandering een groot probleem is. Dat was vier, vijf jaar geleden wel echt anders.Die algehele acceptatie door de maatschappij dat de mens echt invloed heeft op de klimaatverandering, maakt ons werk een stuk eenvoudiger; we hoeven leveranciers echt niet meer te overtuigen van de noodzaak van zo’n programma. Steeds meer bedrijven realiseren zich dat actie nodig is. We zien zelfs steeds vaker dat leveranciers zelf al stappen hebben ondernomen. Wij kunnen ze dan vaak toch nog wel helpen door best practices te delen, en mee te denken over hoe je bepaalde maatregelen op een kosteneffectieve manier kunt doorvoeren.”
Impact gelijk aan 150.000 personenauto’s per jaar
De impact die Philips samen met toeleveranciers kan maken, is enorm: “Als we onze doelstellingen halen, dan is de impact gelijk aan het weghalen van 150.000 personenauto’s die een jaar rijden, elk jaar weer, of het planten van 11 miljoen bomen. Onze ambitie om in 2025 de helft van onze supply chain mee te krijgen is vrij pittig, maar ik geloof erin. Er is werk aan de winkel, maar als we samen optrekken, dan kunnen we het voor elkaar krijgen.”
Dit artikel is eerder gepubliceerd op de website van Philips