P+ vertaalde uit het duurzaamheidsverslag van The Guardian een veelzeggende probleemstelling: “Zouden landelijke kranten in staat zijn de verleiding te weerstaan om te schrijven over een bedrijfstak die door de meerderheid van zijn klanten niet vertrouwd wordt, een gebrek aan transparantie heeft, een enorme hoeveelheid macht bezit, niet over effectieve reglementering beschikt en waarvoor politici te bang zijn om te confronteren? Het antwoord is, helaas, voor het merendeel ‘ja’, als de sector in kwestie de nationale dagbladenindustrie zelf is.’
Pieter Kuijt, hoofd communicatie van PCM, geeft hier commentaar op. Hij stelt dat er in Nederland van nature een grotere afstand tussen uitgever en krant bestaat, dan in de Angelsaksische traditie. “Onze rol is beperkt. Het is aan de kranten zelf om openheid te geven over hun journalistieke overwegingen. Het probleem is dat de kranten zelf geen jaarverslag uitgeven. Ons probleem zit qua maatschappelijk verantwoord ondernemen in de verslaglegging. Dat staat ook op ons prioriteitenlijstje.”
Peter Stadhouders, directeur sociale zaken van PCM, zegt dat het “misschien wel” eens tijd wordt voor een duurzaamheidsverslag, “maar ik wil eerst een goed sociaal jaarverslag neerzetten. Het merk PCM staat niet of nauwelijks bekend. Onze werkmaatschappijen zijn belangrijker. De vraag is hoe sterk je PCM als merk in de markt moet zetten.”
Frits van Exter, hoofdredacteur van Trouw, vindt dat zijn krant al voldoende aan transparantie doet. Hij staat niet onwelwillend tegenover het publiceren van een duurzaamheidsverslag. In P+: “De vraag is wel of het een verantwoordelijkheid is van een titel of van PCM. En de vraag is ook: hoe wil je daarover berichten? Dat is iets om over na te denken.”
En Marije van Zomeren, die als lezer ‘stakeholder’, ofwel belanghebbende is: “Ik heb er behoefte aan te weten waarom redacteuren kiezen voor een bepaalde berichtgeving. Milieuaspecten over die krant vind ik leuk om te lezen. Het maakt de band met de krant hechter. Zo’n verslag moet dan wel onafhankelijk gemonitord worden door een losse partij, anders is het niet geloofwaardig.”