In deze inspirerende ruimte spraken Shell en McDonald’s over hun Social Investment Program en het project Life Wire, die zich erop richten om technisch innovatieve ondernemers te helpen met de ontwikkeling van hun bedrijf. Met World Challenge zoekt Shell projecten en bedrijven die niet alleen winst willen maken maar ook iets willen doen voor de gemeenschap.
De milieuadviseur van McDonald’s vertelde dat zij bijvoorbeeld bezig zijn met een eigen recyclingsysteem. Het wereldwijde hamburgerconcern wil bovendien dat het personeel een weerspiegeling vormt van de samenleving.
Het ging over de noodzaak om als bedrijf te investeren in je klanten, de omgeving en je werknemers. Ze geven via de drie bekende P’s – People, Planet en Profit – op hun manier invulling aan deze zaken.
Multinationals zijn door schade en schande wijs geworden. Maar ze doen het wel. Dat kun je niet bepaald zeggen van het midden- en kleinbedrijf. Ook allochtone ondernemers zijn weinig enthousiast over duurzaamheid. Dat was een serieuze klacht.
Het is niet zozeer onwil, als wel puur calculeren. Grote ondernemingen hebben meer mogelijkheden en kapitaal om te investeren op lange termijn en aandacht te besteden aan andere zaken dan alleen winst. Kleine bedrijven daarentegen zijn bezig het hoofd boven water te houden, hebben veel administratieve rompslomp en weinig rek in hun budgetten. Bij kleine bedrijven, en dat geldt zeker voor allochtone middenstanders, is vaak de hele familie betrokken. Net als bij boerenbedrijven is er daar nauwelijks sprake van een scheiding tussen privé en werk.
Het starten van een klein bedrijf is een zaak van geloof, hoop, plezier en hard werken. Je bent aangewezen op je naaste omgeving. Die is direct betrokken en werkt hard om de investeringen tot een succes te maken.
Kom dan maar eens aanzetten als overheid met je mooie ideeën over investeren in duurzaamheid die je als mkb moet gaan toepassen. Investeringen die zich niet meteen terugverdienen. Grote kans dat je tegen een dikke muur oploopt.
Als je in deze sector iets wilt bereiken, dan denk ik meteen aan de drie P’s voor duurzaam ondernemerschap. Er ontbreekt namelijk een vierde P, die van Pleasure. Als je die toevoegt, dan zal duurzaamheid vanzelf gaan.
Je kunt alleen 16 uur per dag, 7 dagen per week werken als je er plezier in hebt. Een open deur? Nee, want als ik het met plezier doe, doe ik het goed. Ik deel mijn plezier met mijn medewerkers en klanten. Dat inspireert en motiveert. Naast plezier ben ik ook nog Proud, de vijfde P. Ik vertel met trots aan mijn kinderen wat ik doe en geef ze de ruimte om mee te doen en te denken. De laatste twee P’s staan voor mij, als kleine ondernemer, ook garant voor duurzame ontwikkeling.
Als overheid en brancheorganisaties zich willen inzetten om ondernemers te stimuleren tot verantwoord ondernemen, dan moeten ze laten zien dat milieu niet een zware last is, maar ook een lust. Dat duurzaamheid ook leuk is. Dat een social investment program sexy klinkt en continuïteit aan je bedrijf geeft. Het geeft een extra dimensie aan je bezigheden. Het motiveert.
Ray Kroc van McDonald’s zegt het zo: ‘If you work just for money, you’ll never make it, but if you love what you’re doing and you always put the customer first, success will be yours.’
Navid Otaredian heeft een ingenieursbureau, is directeur van reïntegratiebedrijf Advexis voor hoogopgeleide allochtonen, oprichter van twee businessclubs die ondernemerschap onder allochtonen bevorderen en Nederlandse bedrijven helpen in het buitenland, verbonden aan De Baak Management en bestuurslid MKB-Delft.