Bedrijven zouden zich verantwoordelijker moeten gedragen tegenover dieren. Dat stelt ethicus Monique Janssens in haar proefschrift Animal Business, Corporate responsibility towards animals, dat zij op 8 oktober zal verdedigen aan de Rotterdam School of Management, Erasmus University.

Waaruit bestaat de ethische verantwoordelijkheid van bedrijven voor dieren? Hoe gaan bedrijven om met die verantwoordelijkheid? Janssens toont aan dat dierenwelzijn een blinde vlek is van de bedrijfspraktijk én van de bedrijfsethiek. En dat terwijl bedrijven wel degelijk verantwoordelijk zijn voor de levens en het welzijn van de dieren waar ze impact op hebben. Bedrijven die zich bezighouden met Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) maken zich wel druk om mens en milieu, maar veel minder om wat zij dieren aandoen.

Bedrijfsrestaurants

Janssens: “De maatschappelijke kijk op dieren is sterk aan verandering onderhevig. Denk maar aan de discussies over de nertsenhouderij en de veehouderij. Mijn onderzoek brengt aan het licht dat het bedrijfsleven als het om dierenwelzijn gaat de boot mist. Er zijn mondjesmaat wat ontwikkelingen, maar het bedrijfsleven ligt ver achter op actuele inzichten uit de dierethiek.” Het gaat Janssens niet alleen om bedrijven die zelf dieren houden of bijvoorbeeld vlees verkopen, al hebben die industrieën wel de meeste impact op dierenwelzijn. Janssens: “Elk bedrijf heeft invloed op dieren. Denk maar aan de inhuur van een cateraar voor de bedrijfsrestaurants, het bedrijfsuitje naar de dierentuin of de impact van de scheepvaart op zeezoogdieren. Als je in je bedrijfscode zet dat dierenwelzijn voor jouw bedrijf belangrijk is, ga je ook anders naar kijken naar wie je inhuurt en wat je inkoopt.

Leiderschap, samenwerking en communicatie

Het proefschrift van Janssens biedt de ontbrekende schakel tussen de dierethiek en de bedrijfsethiek. Het beschrijft hoe sterk de betrokkenheid van bedrijven bij dieren verschilt per bedrijf en hoe je op hun websites kunt meten hoeveel betrokkenheid ze laten zien. Ook geeft de onderzoeker handvatten voor het stimuleren van een ethische houding ten opzichte van dieren. De centrale elementen daarbij zijn: leiderschap, samenwerking en communicatie. Janssens: “Bij de bedrijven die het relatief goed doen, zie je bijvoorbeeld dat de MVO-manager leiderschap toont en partijen bij elkaar brengt rond het onderwerp dierenwelzijn. Als je er dan ook nog veel over communiceert, binnen het bedrijf en met de samenleving, ben je alweer een flinke stap verder.

4 oktober Werelddierendag: ook voor bedrijven

Janssens hoopt dat haar proefschrift juist nu, rond Werelddierendag op 4 oktober, bedrijven inspireert om zich meer in te zetten voor dieren. Dat mag wat haar betreft stap voor stap, maar de ultieme uitkomst zou in haar visie een veganistische samenleving zijn, waarin geen dieren doodgemaakt worden voor het plezier of de smaak van de mens.

Janssens: “Het is me tijdens mijn onderzoek steeds duidelijker geworden dat dierenwelzijn niet ophoudt bij een goed leven en een zachte dood. Als je dieren doodmaakt, neem je ze een stuk van hun leven af, terwijl de meeste dieren net als mensen de drang hebben om te blijven leven. Hoe kun je dat als bedrijf verantwoorden?

De onderzoeker begrijpt echter ook dat veranderingen tijd kosten. Daarom heeft ze wat aanbevelingen voor de eerste stappen die elk bedrijf kan nemen: “Neem dierenwelzijn op in de ethische bedrijfscode en het MVO-beleid, maak er iemand verantwoordelijk voor, neem leiderschap, zoek samenwerking en laat zien wat je doet. Dat laatste lijkt misschien window-dressing, maar als je het eerlijk en oprecht doet, het kan juist ook anderen inspireren om stappen te zetten.”

De Nederlandstalige publieksversie van het proefschrift is in boekvorm uitgegeven en hier online te bestellen onder de titel “Dierenzaken: Blinde vlek van bedrijven”. Lees hier het engelstalige proefschrift.