Voor het onderzoek ondervroeg Udo leden van de CNV Dienstenbond die werkzaam zijn in de financiële sector, bij de concerns ABN AMRO en ING-Groep en de Rabobank en de detailhandel, te weten Vendex KBB (V&D en Bijenkorf), Ahold (Albert Heijn) en ondernemingen uit de mode- en sportdetailhandel. De onderzoeksresultaten zijn alleen te generaliseren naar de leden van de Dienstenbond CNV die in de betreffende sectoren werken. Voor de Dienstenbond CNV is het belangrijk dat de bond nu weet welke opvattingen en prioriteiten zijn leden hebben als het gaat om de sociale dimensie van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO).
Prioriteit bij intern beleid
Uit het onderzoek blijkt dat met name het interne beleid, zoals personeelsbeleid en arbeidsvoorwaarden, hoge prioriteit heeft bij werknemers. Ook het internationale beleid scoort hoog. Minder van belang vinden CNV-leden de inzet van hun werkgever op nationaal niveau. Wat leden wél belangrijk vinden, is nagenoeg gelijk voor beide sectoren. Zowel bij de banken als in de detailhandel staan autonomie en vrijheid in het werk bovenaan, samen met gelijke behandeling en een rechtvaardig inkomen. Op nationaal niveau zien de leden graag dat hun werkgevers de klanten eerlijk en open voorlichten en dat zij een niet-discriminerend aannamebeleid voeren. Internationaal zouden bedrijven volgens de leden het recht op collectieve onderhandelingen moeten respecteren en het recht op lidmaatschap van een vakbond aldaar. Bovendien zouden ondernemers moeten weigeren zaken te doen met bedrijven die de mensenrechten niet nauw nemen. Uit het onderzoek blijkt verder dat de werkgevers zich volgens de leden met name inzetten op internationaal gebied en in mindere mate voor MVO binnen de eigen onderneming en op nationaal niveau.
Het CNV blijft MVO hoog op de agenda zetten. Een projectgroep binnen het CNV is bezig een sociaal keurmerk te ontwikkelen voor bedrijven.