Wereldwijd denkt een meerderheid van de CEO’s (53 procent) dat de economische groei zal afnemen. Het aantal CEO’s dat zegt veel vertrouwen te hebben in de omzetgroei van het eigen bedrijf is eveneens gedaald. De Nederlandse uitkomsten zijn hiermee in lijn. De urgentie van het probleem van klimaatverandering heeft zich de afgelopen jaren steeds meer vertaald naar de agenda van CEO’s. 64 procent van de mondiaal ondervraagde CEO’s zegt zich zorgen te maken. Tegelijkertijd zien ondernemers – veel meer dan tien jaar geleden – klimaatverandering steeds meer als een kans. Dat zijn een paar van de belangrijkste uitkomsten van de 23e CEO Survey die PwC gisteravond heeft gepresenteerd op het World Economic Forum in Davos.
De inzichten die uit dit jaarlijkse wereldwijde onderzoek naar voren komen, leiden tot een helder beeld van de trends en de uitdagingen waarvoor ondernemers zichzelf de komende jaren zien staan.
De Nederlandse CEO’s zijn significant meer bezorgd over regelgeving rond klimaat dan hun collega’s wereldwijd (46 procent tegenover 35 procent). Viviana Kooistra, leider van de Energy, Utilities and Resources-praktijk van PwC, denkt dat dit te maken heeft met de recente ontwikkelingen in Nederland als het gaat om bijvoorbeeld de totstandkoming van het klimaatakkoord, de geplande CO2-heffing voor de industrie, en de afbouw van het gasgebouw. ‘Dit leidt tot dagelijkse nieuwsberichten. Als je ergens recentelijk bij betrokken bent geweest, ben je je ook heel bewust van wat er op je afkomt.’
Druk van stakeholders is groot
Dat klimaatverandering hoog op de agenda staat van de CEO’s, komt mede doordat het onderwerp hoog staat op de maatschappelijke agenda. Wereldwijd zegt driekwart van de de ondervraagde CEO’s dat stakeholders redelijke verwachtingen hebben als het gaat om de benadering van de organisatie van klimaatverandering.
Viviana Kooistra merkt in de praktijk dat de druk van stakeholders op bedrijven de afgelopen jaren flink is gegroeid en dat zij regelmatig ter verantwoording worden geroepen. ‘Wat doen zij aan milieu en klimaat? En wat gaan ze nog meer doen? Dit zet bedrijven voor vraagstukken die verder gaan dan het competitieve voordeel dat een goede reputatie oplevert. Het is veel existentiëler: hoe garanderen we onze continuïteit als straks niemand meer bij ons wil werken of van ons wil kopen? De stakeholders – klanten, potentiële en eigen werknemers en de maatschappij in zijn geheel – worden een steeds belangrijker machtsfactor.’