“Het sterke van Fair Produce Nederland is dat dit initiatief komt vanuit zelfregulering en een stevig draagvlak heeft bij diverse belangrijke stakeholders, betrokken bij de sector”, meent Krouwel. Zijn motivatie om toe te treden als voorzitter van de Stichting Fair Produce Nederland heeft alles te maken met het `levensideaal’ van Krouwel. In zijn ideale wereld zijn Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen en `eerlijk produceren’ breed doorgevoerd in de totale food- en agrisector om ook op termijn economisch te kunnen overleven.
Krouwel (64) is mede oprichter en destijds de eerste directeur van de Triodos Bank en was één van de internationale directeuren van Green Cross International, een internationale milieuorganisatie. Vanaf 1996 tot begin 2009 was hij onderdirecteur van Rabobank Nederland in de functie van Hoofd van het Directoraat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Thans is hij zelfstandig commissaris/toezichthouder, bestuurder en adviseur bij verschillende bedrijven en organisaties zoals onder meer voorzitter van het Productschap voor Pluimvee en Eieren.
Het keurmerk van de Stichting Fair Produce Nederland staat garant voor producten die eerlijk zijn geproduceerd bij bedrijven waar ook een sociaal personeelsbeleid wordt gevoerd. Dat wil zeggen uitbetaling van een fair loon volgens Nederlandse maatstaven. Fair Produce Nederland moet de gerechtvaardigde zorg bij retail en consument over bijvoorbeeld uitbuiting van (buitenlandse) werknemers wegnemen. De Stichting heeft tot doel eerlijk produceren in de hele food- en agrisector te stimuleren en start daarmee in de champignonsector. Borging van het keurmerk vindt plaats door audits van een onafhankelijk certificeringsbureau.
De stichting Fair Produce NL is een samenwerkingsverband tussen partijen in de agri-food sector. Het bestuur wordt gevormd door de Vakgroep Paddenstoelen van LTO Nederland, groenten en fruit handelsplatform Frugi Venta, FNV Bondgenoten, CNV Vakmensen en drie onafhankelijke bestuursleden. De sector investeert in het keurmerk Fair Produce NL via heffingen van het Productschap Tuinbouw en is mogelijk dankzij een bijdrage van Colland fonds arbeidsmarktbeleid.