Vandaag is voor het derde opeenvolgende jaar de Management Scope Corporate Impact Index (MSCII) gepubliceerd. Lijstaanvoerder van deze editie is ASML. De Management Scope Corporate Impact Index speelt in op de verschuiving in het bedrijfsleven van een kortetermijnfocus op winstoptimalisatie naar een langetermijnvisie op maatschappelijke waardecreatie.
Zo veel is de afgelopen paar jaar wel duidelijk geworden: bedrijven komen er niet meer mee weg om uitsluitend te focussen op aandeelhouderswaarde en winst. In eerste instantie klanten, maar ook leveranciers, werknemers en beleggers eisen dat ondernemingen en hun bestuurders een duidelijk visie hebben op de lange termijn, en ook een visie op de maatschappelijke impact van de organisatie.
Toen Management Scope in 2017 de MSCII creëerde in samenwerking met Impact Centre Erasmus en Accenture Strategy, en met hulp van Sustainalytics, hadden veel bedrijven al wel een visie op impact, maar bleef het ook daarbij. Drie jaar verder wordt het sturen op impact steeds concreter, al is impact nog niet altijd een essentieel onderdeel van de strategie.
De MSCII is er niet om bedrijven aan de schandpaal te nagelen, maar om goede presteerders in de bloemetjes te zetten. De honderd grootste bedrijven in Nederland worden beoordeeld op vijf pijlers (goed bestuur, werkgeverschap, relatie met de buitenwereld, duurzaamheid en financiële gezondheid). De top-20 wordt in Management Scope gepubliceerd.
Met een eindscore van 78 op 100 staat ASML in de editie 2019 bovenaan. ASML is wereldmarktleider en toonaangevend in de productie van lithografiemachines voor chipfabrikanten. De top-3 wordt vervolledigd door DSM en ABN AMRO (beide ex aequo). Ook de Volksbank blijft het goed doen.
Uit het begeleidende artikel: ‘De visie van ASML op impact gaat over veel meer dan groen alleen, zo laten de onderliggende indexscores zien. Zo scoort ASML net als voorgaande jaren hoog op de metrics werkgeverstevredenheid en werknemersgroei. De Veldhovense onderneming is met meer dan 24.000 werknemers een belangrijke motor voor de regionale economie van Brabant. En daarbuiten, want door de technologische uitdaging weet de onderneming techtalent uit de hele wereld aan zich te binden.’
CEO Peter Wennink reageerde in een interview in Management Scope op de eerste plek in de lijst: ‘Het is een mooi compliment voor onze medewerkers en partners, want we doen dit niet alleen. Zonder ons ecosysteem – een samenwerkingsverband van leveranciers, klanten en kennisinstellingen – zouden we niet zijn waar we vandaag staan. Eerlijk gezegd zijn we wat verrast door deze eerste plek. We vinden zelf dat er nog van alles te doen is.’
‘We werken niet alleen voor aandeelhouders: die zijn belangrijk, maar aandeelhouders zijn niet de enige belanghebbenden. Ik onderscheid altijd vijf stakeholders. Onze klanten; onze klantenkring is klein, maar de samenwerking heel hecht. Dan natuurlijk onze medewerkers in Veldhoven, Amerika en Azië. Dat zijn er zo’n 24.500, waarvan de helft in Nederland werkzaam is. Ook onze externe partners zijn stakeholders: onze leveranciers en de kennisinstellingen die een grote bijdrage leveren aan onze technologie. We doen dit echt niet alleen, want onze technologie is daarvoor te complex. En als vijfde de maatschappij, de samenleving waarin we werken. We zullen nooit vergeten dat de samenleving in ons investeert.’
Karen Maas, wetenschappelijk directeur van Impact Centre Erasmus: ‘Onze ambitie is middels de index bestuurders te stimuleren hun invloed te gebruiken om de maatschappelijke impact te vergroten en zo het gat tussen maatschappij en bedrijfsleven te verkleinen.
Sander van Ginkel, managing director Strategy bij Accenture: ‘De resultaten in dit onderzoek laten zien dat goed scoren op de financiële pijler niet ten koste gaat van het maken van brede maatschappelijke impact. Groei en brede maatschappelijke impact gaan goed samen, bijvoorbeeld op het gebied van werkgelegenheid. De vijf bedrijven die de financiële pijler aanvoeren, bieden werk aan ruim 83.000 werknemers – een aantal dat ook nog eens groeit.’