In de wereldwijde discussie over energievoorziening ligt de nadruk meestal op de problemen rond het aanbod van energie. Deze focus lijkt op het eerste zicht logisch: ervoor zorgen dat we voldoende capaciteit aan hernieuwbare energiebronnen (en bijhorende infrastructuur) hebben om over te stappen op een koolstofarme economie is essentieel om net-zero te bereiken.

Het aanbod verhogen is echter slechts een deel van de oplossing voor de uitdagingen die voor ons liggen. Ontwikkelingen aan de aanbodzijde moeten altijd gekoppeld worden aan oplossingen aan de vraagzijde. En deze blijven nog vaak onderbelicht.

De vraag serieus nemen

Innovatie blijft van vitaal belang en we moeten absoluut nieuwe technologische oplossingen blijven ontwikkelen, maar er is zoveel dat we nu al kunnen. Kijk bijvoorbeeld eens naar de Versailles 10×10 Acties:  een lijst van 10 concrete strategieën die ons tien keer sneller naar meer energie-efficiëntie leiden. Europa heeft deze boodschap ook al begrepen. Het doel van de European Energy Efficiency Directive is om het uiteindelijk verbruik van energie in de EU tegen 2030 met 11,7% te verminderen. Bovendien zal de jaarlijkse energiebesparingsverplichting geleidelijk toenemen tussen 2024 en 2030.

Om deze doelstellingen te halen, is het essentieel dat de transport- gebouwen- en industriesectoren zich hier aan commiteren. Zij kunnen dezelfde principes als particuliere gebruikers op grotere schaal toepassen. Ze kunnen investeren in het efficiënter maken van apparatuur, faciliteiten en processen en het verminderen van energieverspilling.

De eerste stap om deze doelen te bereiken is het verzamelen van data om het energieverbruik in kaart te brengen en te begrijpen waar energie verloren gaat en dit te verminderen, wat ook de winstgevendheid ten goede komt.

Data als startpunt voor slim energiebeheer

Laten we inzoomen op één sector bijvoorbeeld: gebouwen zijn verantwoordelijk voor 40% van de energieconsumptie in de EU. Bij een bestaand gebouw zijn dus de eerste vragen: hoeveel verbruik ik? En waar zitten de grootste energieverbruikers? Pas daarna onderneem je actie om het verbruik te verminderen.

Recent onderzoek dat Schneider Electric uitvoerde in samenwerking met ontwerpbureau WSP, is een echte eye-opener. Het onderzoek is gebaseerd op het modelleren van de energieprestaties en koolstofemissies van een groot kantoorgebouw dat begin jaren 2000 is gebouwd (in verschillende klimaatzones). De onderzoeksresultaten tonen aan dat het inzetten van de digitale gebouw- en energiebeheeroplossingen in bestaande kantoorgebouwen de operationele CO2-uitstoot met 42% kan verminderen, met een terugverdientijd van minder dan drie jaar.

Net-zero bij min 40 graden

Nog een spectaculair voorbeeld, het Princess Elisabeth onderzoeksstation op Antarctica, waarvoor Schneider Electric het energiebeheer leverde. Het station is stevig verankerd op de granieten bergkam van Utsteinen Nunatak, op een hoogte van 1382 meter, in Oost-Antarctica. Temperaturen tot min 40 graden zijn er geen uitzondering. Toch is het station volledig emissievrij, onder meer door een speciaal ontwikkeld slim microgrid.

Als we een net-zero onderzoeksstation kunnen bouwen in de meest extreme omgeving op aarde, dan weet ik dat we alles in huis hebben om onze eigen steden, gebouwen en industrieën op dit traject te brengen en de doelstellingen te bereiken zoals die door de Europese Unie in haar Fit for 55 programma zijn vastgesteld.

Laat je begeleiden

Bij Schneider Electric hebben we één groot voordeel: duurzaamheid zit ingebakken in ons DNA. We hebben duurzaamheid de afgelopen 15 jaar volledig geïntegreerd in onze strategie, met concrete en ambitieuze targets. Niemand kan het echter alleen. Laat je dus begeleiden door ervaren partners voor oplossingen die op korte en lange termijn steekhouden.

Alexandre Golisano, Country President Schneider Electric Nederland