Een industriële en programmatische aanpak van de woningverduurzaming ligt voor de hand en is technisch mogelijk. Het vormt een cruciale stap in het verlagen van onze afhankelijkheid van fossiele energie-importen en het halen van de klimaatdoelen en is dé manier om de huidige koopkrachtdaling structureel en effectief te repareren. Met andere woorden: liever de komende jaren bouwvakkers dan deurwaarders langs de deuren. Dit concludeert TNO in de paper ‘Koopkrachtcrisis vraagt om bouwvakkers ipv deurwaarders’
Het is bekend welke woningen er het slechtste aan toe zijn, wie daar wonen, wat er technisch gezien moet gebeuren en hoeveel energiebesparing dat oplevert. We weten welke contingenten woningen zo op elkaar lijken dat we er dezelfde technische oplossingen kunnen toepassen. Zo kunnen de wijken en huishoudens die het meest kwetsbaar zijn voor energie-armoede met voorrang worden verduurzaamd.
De sterk gestegen energieprijzen maken het onvermijdelijk om op korte termijn grote groepen te behoeden voor een forse koopkrachtdaling en armoede. Het kabinet zet vooral in op compensatie van deze kosten waaronder het instellen van een prijsplafond voor gas en elektriciteit. Deze compensatie lost het onderliggende probleem echter niet op.
Nationaal isolatieprogramma
Om de komende vijf jaar 1,5 miljoen van deze slechtst geïsoleerde woningen zo snel mogelijk te verduurzamen en te vrijwaren van hoge energiekosten vergt een ambitieuze aanpak. Het vereist politieke prioriteit en een nationaal isolatieprogramma met scherpe doelen, prioriteren van werk middels premies en noodwetgeving, een andere manier van (samen)werken bij woningcorporaties, energiemaatschappijen, bouw- en installatiebedrijven en banken plus meer regie en financiële rugdekking van de overheid voor een lange termijn.
Voor het overgrote deel van de woningvoorraad geldt dat er weliswaar forse investeringen nodig zijn, maar bij hoge energieprijzen verdienen die zich terug. Vertraging kunnen we ons simpelweg niet veroorloven. Iedere maand uitstel kost Nederland miljarden en vergroot de financiële problemen van duizenden Nederlanders.
Vijfsnijdend zwaard
De uitgaven voor woningrenovatie komen voor een groot deel terecht in Nederland, met gunstige effecten op de economie in het algemeen en de werkgelegenheid in het bijzonder. Oftewel, het mes van de woningverduurzaming snijdt aan vijf kanten: het reduceert koopkrachtdaling, bestrijdt energiearmoede, vermindert de geopolitieke afhankelijkheid van ondemocratische landen, draagt bij aan de klimaatdoelen en versterkt de economie. Zoveel win-win is zeldzaam.
Versnelde uitvoering van de woningverduurzamingsopgave verdient daarom veel meer politieke prioriteit. Dit is hét moment. Opschaling van de woningverduurzaming is economisch gezien een no-brainer. Nut en noodzaak om op grote schaal woningen te verduurzamen worden in politiek Den Haag erkend, er staan zelfs concrete doelen op papier. Maar het moet sneller en minder vrijblijvend dan wat er nu aan beleid ligt, aldus de notitie.
Groen Akkoord van Wassenaar
De krappe arbeidsmarkt is wellicht de grootste hobbel die we moeten nemen. De TNO-auteurs suggereren een nieuw – groen – Akkoord van Wassenaar om dit los te trekken. Daarin garandeert de Rijksoverheid de bouw- en installatiesector dat er het komende decennium grootschalig, structureel en met financiële garanties wordt ingezet op verduurzaming. Als tegenprestatie moet de bouw- en installatiesector innoveren in slimmer en productiever werken én een forse loonpremie bieden voor bouwvakkers en installateurs die worden ingezet op het verduurzamen van de slechtste woningen. Omdat bij mensen met lage inkomens en in de woningen met de laagste labels de grootste energiebesparing en koopkrachtwinst is te halen, zou verduurzamen van die woningen dwingend voorrang moeten krijgen boven andere.
Foto: Heijmans