Aandacht voor aandeelhouders De VBDO heeft banken altijd op hun maatschappelijke rol gewezen. Daarbij is de groep stakeholders, of belanghebbenden van banken, veel groter dan alleen aandeelhouders. Dit wordt ook duidelijk benadrukt door het rapport. Aandeelhouders zijn voornamelijk geïnteresseerd in (korte termijn) financieel rendement, hetgeen zorgde voor een sterke druk op banken om ‘voortdurend winstgevender te zijn’. De VBDO ziet financieel rendement (profit) als een van de drie aspecten van maatschappelijke waardecreatie: er moet minstens zoveel aandacht worden besteed aan mensen (people) en het milieu (planet). Dat de Commissie Maas pleit voor een beperking van de macht van de aandeelhouder vindt de VBDO dan ook een positieve ontwikkeling. Op deze wijze had wellicht de opsplitsing van ABN AMRO voorkomen kunnen worden. Directeur VBDO Giuseppe van der Helm “De VBDO vindt dat elke aandeelhouder zich op moet stellen als mede-eigenaar. Omdat dit lange-termijn denken impliceert dringt de VBDO dan ook al enkele jaren aan op het extra belonen van stabiele aandeelhouders, zoals de Commissie Maas nu suggereert.”

Bonussen

Van der Helm “De VBDO is zeer positief over de aanbeveling om de variabele beloning voor een significant deel te koppelen aan niet-financiële doelstellingen. Reeds in 2006 heeft de VBDO een onderzoek uitgevoerd naar de koppeling van bonussen aan duurzaamheid. Begin 2009 heeft de VBDO over dit onderwerp een brief naar 50 beursgenoteerde ondernemingen gestuurd, waaronder de grote banken, om hun te wijzen op het belang van deze koppeling. Door de variabele beloning te baseren op het realiseren van duurzame doelen wordt het duurzaamheidbeleid van een onderneming verankerd in de organisatie, het lange termijn denken bevorderd en creativiteit en ondernemingszin beloond. De invloed van bestuurders op aandeelhouderswaarde is immers uiterst beperkt; de invloed op het realiseren van relevante duurzame doelstellingen is vele malen groter. Door de koppeling van de bonus aan duurzaamheid wordt er weer een relatie gelegd tussen inspanningen en beloning”.

Gemiste kans: uitwerking van bank als ‘publieke nutsfunctie’

De aanbevelingen in het rapport zijn eigenlijk een terugkeer naar de oorspronkelijke rol van een bank. Het rapport zegt heel duidelijk dat een bank een ‘publieke nutsfunctie’ bekleedt. Toch concretiseert het rapport deze nutsfunctie niet nader. “Op het gebied van investeringen moet een bank bijvoorbeeld niet alleen kijken naar het beperken van risico’s, maar ook naar het creëren van waarde voor alle belanghebbenden. Banken moeten het voortouw nemen en actief een duurzame economie stimuleren. Het stimuleren van duurzame projecten en het vermijden van investeringen in bedrijven, landen, en projecten die mensenrechten schenden of milieuvervuiling veroorzaken zou eigenlijk een kernactiviteit van een bank moeten zijn, juist omdat het een publieke nutsfunctie bekleedt”, stelt Giuseppe van der Helm.