Hans Meeuwis maakte bijna een jaar geleden de overstap van FrieslandCampina naar Royal Cosun, producent van plantaardige ingrediënten en producten, bekend van consumentenmerken als Aviko en Van Gilse. Inmiddels ligt er een nieuwe, ambitieuze strategie voor Cosun: Unlock 25. Die moet zorgen voor een beter verdienmodel, een toekomstbestendig portfolio en dat alles zo duurzaam mogelijk. “We halen alles uit de plant en spelen daarmee in op belangrijke maatschappelijke trends en verbeterd rendement. Daar draait het om bij Unlock 25.”
“Unlock 25 staat voor ontsluiten. Er meer uit halen. Dat is onze route voor de komende jaren”, zo vat Meeuwis de nieuwe strategie van Cosun samen. “We zetten in op drie gebieden. Op de eerste plaats moet ons verdienmodel op de korte en middellange termijn omhoog. In 2025 willen we het resultaat verdrievoudigen van 100 naar 300 miljoen. Dat is een flinke ambitie. Maar dat is wel waar we voor gaan. Op de tweede plaats hebben we heel goed naar onze portfolio gekeken. Om die toekomstbestendig te maken zetten we in op winstgevende groei in 4 kernsegmenten. Duurzaamheid door de hele keten is het derde belangrijke gebied waar we op inzetten.”
“We zetten in op maximale valorisatie van onze suikerbieten. Winstgevende groei in aardappelproducten in Europa en Azië en versnelde groei in toegevoegde waarde producten is ons tweede kerngebied. We zijn sterk in het verwerken en verwaarden van reststromen uit de voedingsindustrie. Dat past bij onze circulariteit ambities én het is een fantastische bron voor innovatie en ontwikkeling van groene en gezondheidsbevorderende ingrediënten. Dat is een nieuwe groeipilaar waarmee we inspelen op een aantal belangrijke maatschappelijke transities. We hebben daar drie focusgebieden aangebracht waar we met planten op inzetten: eiwitten, vezels en biobased materialen. In 2030 moet 30 procent van onze omzet uit de nieuwe groeigebieden komen.”
Cosun is een coöperatie in handen van ongeveer 8.400 boeren. Die worden niet door iedereen gezien als de oplossing van milieuproblemen. Hoe kijken de boeren zelf eigenlijk tegen de eiwittransitie aan?
“Op de eerste plaats moeten we trots zijn op onze boeren en de mooie en innovatieve zaken die op de akker gebeuren. Goed om ook het belang van onze sector in Nederland nog eens te benadrukken. Er gebeuren mooie dingen in de keten. Onze activiteiten met betrekking tot de eiwittransitie raken aan een sterk groeiende maatschappelijke behoefte en kunnen bijdragen aan een beter verdienmodel. Dat zijn beide belangrijke voorwaarden voor onze leden-telers en daarmee ook voor mij. Onze leden staan achter de strategie, deze hebben we samen vormgegeven en we houden elkaar goed aangesloten op de ontwikkelingen.”
Welke kansrijke innovaties spelen er op dit moment?
“De innovatiemogelijkheden met planten zijn ongekend groot. Cosun ontwikkelt ingrediënten die een belangrijke functionele rol spelen in de eiwittransitie en toegevoegde waarde bieden. Zo onderzoeken we de functionaliteit van eiwit uit bietenblad en uit reststromen van aardappelen. We werken aan de introductie van Fava-eiwit. Dat is een eiwit uit veldbonen dat je bijvoorbeeld kunt gebruiken om de textuur van bijvoorbeeld zuivelproducten en mayonaise te verbeteren. De resultaten en tractie met klanten zien er veelbelovend uit.”
In de nieuwe strategie speelt strategische samenwerking een belangrijke rol. Kun je daar een voorbeeld van geven?
“Een mooi voorbeeld is de samenwerking met Avantium, een technologiebedrijf waarmee we glycolen ontwikkelen uit suiker. Daar kun je bioplastics van maken. Ook hier spelen planten dus weer een rol bij het oplossen van een belangrijk maatschappelijke vraagstuk.”
“Cosun is ook betrokken bij de oprichting van het Green Protein Excellence Center. Dat doen we samen met ketenpartners zoals The Proteïn Brewery/BioscienZ, de Rabobank en de HAS in ‘s-Hertogenbosch.”
“We werken ook nauw samen met startups. Dat doe we onder andere via Icos Capital, een venturing fund, en met Startlife in Wageningen: een mooie samenwerking waarin we nieuwe ontwikkelingen volgen en ondersteunen. Als ketenpartij hebben we veel expertise die startups niet hebben. De praktische samenwerking loopt vaak via het Green Protein Excellence Center.”
Dit artikel is met toestemming overgenomen van de website van Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM)