Plastic producerende bedrijven zetten zich in om hun producten verder te verduurzamen, onder andere door gebruikte plastics als grondstof in te zetten om er vervolgens nieuwe, circulaire plastics van te maken. Die boodschap wordt vaak met enige scepsis ontvangen, maar het is de bedrijven menens. ‘We zijn ervan overtuigd dat we toe moeten naar circulair plastic.’ Theo Stijnen weet dat zijn branche soms de schijn tegen heeft. Stijnen is directeur van de PlasticsEurope Nederland, het Nederlandse kantoor van de Europese belangenorganisatie van grote plasticfabrikanten, en is daarmee actief betrokken bij het verduurzamen van de keten van plastics.
‘Als plasticsindustrie werken we hard aan de verdere verduurzaming van onze producten, waarbij we het gebruik van fossiele grondstoffen afbouwen, de CO2-footprint van plastics stapsgewijs verlagen en de keten sluiten door plastics te recyclen.’
In zijn acht jaar als directeur heeft een verandering gezien bij de fabrikanten. ‘Het enthousiasme om gas te geven is nu groter dan ooit. Plasticproducenten zetten vol overtuiging in op duurzaamheid en circulariteit om het gebruik van fossiele grondstoffen terug te dringen en de uitstoot van CO2 te verminderen. We zijn er met z’n allen van overtuigd dat we haast moeten maken met de transitie naar duurzame plastics.’
PlasticsEurope liet daarom met collega-branchevereniging Federatie NRK een onafhankelijk onderzoek uitvoeren door bureau CE-Delft om de effecten op het klimaat inzichtelijk te maken. De branche heeft al in 2016 aangegeven actief mee te willen werken aan de verduurzaming van de plastics waardeketen. De Rijksoverheid heeft hierbij aangegeven om voor het jaar 2030 een aandeel van 40 procent gerecycled plastic en 15 procent duurzame, op biologische grondstoffen gebaseerd plastics, te willen realiseren.
Hierdoor zal het gebruik van fossiele grondstoffen met ruim 50 procent worden verminderd. Deze transitie zal echter ook in belangrijke mate bijdragen aan de vermindering van de CO2-uitstoot. Het onderzoek toont aan dat de realisatie van deze ambitie ertoe leidt dat wanneer nagenoeg alle afgedankte producten worden ingezameld, de klimaatimpact van kunststoffen met ca. 50 procent omlaag gaat.
Uit het onderzoek blijkt dat hiermee het gebruik van fossiele grondstoffen met ruim 50 procent zal verminderen, zoals ook de uitstoot van CO2 fors zal afnemen. De impact die kunststoffen hebben op het klimaat gaat hiermee met ca. 50 procent omlaag.
Tot voor kort was echter niet duidelijk hoeveel minder CO2-uitstoot de recycling van plastic oplevert, immers de inzameling en recycling van plastics vergt ook energie. ‘Het rapport laat nu zien dat als we de keten verder sluiten, we een flinke CO2-winst realiseren. Door de toepassing van meer gerecycled en meer duurzaam plastic kan de klimaatimpact van kunststoffen met ca. 50 procent omlaag gaan. Dit is gelijk aan 4 procent van de uitstoot van de gehele Nederlandse industrie. Het mes snijdt dus aan twee kanten; het bespaart CO2 en grondstoffen. Dat is een dubbele milieuwinst.’
‘Hiervoor is het wel essentieel dat de inzameling, scheiding en verwerking van plastic-houdende afvalstromen worden verbeterd. Momenteel wordt het overgrote deel van alle plastics nog verbrand. Dat moeten we niet langer willen; daar zijn plastics te waardevol voor. Er is dus een systeemverandering, zowel technisch als economisch, noodzakelijk om beduidend meer plastics te kunnen recyclen.’
Een voorbeeld van een technische verandering is dat naast mechanische ook chemische recycling nodig is om de beoogde milieuwinst te realiseren. ‘Hierbij worden plastics omgezet in een soort olie waarvan opnieuw plastic kan worden gemaakt. Het voordeel daarvan is dat het precies dezelfde kwaliteit plastic oplevert als het origineel. Dit terwijl bij de mechanische recycling van plastics tot herbruikbare plastic korrels, de kwaliteit bij iedere recycling-cyclus iets verder afneemt. Chemische recycling kent dit nadeel niet, maar vraagt wel meer energie.’ Beide technologieën, waarvan de inzet in de toekomst sterk zal groeien, zijn complementair aan mekaar en zijn nodig om de keten te sluiten
Ook zet de industrie vol in op de ontwikkeling van plastic producten die niet alleen functioneel beter, maar ook beter te recyclen zijn’, zegt Stijnen. ‘Denk aan teksten die nu op de plastic verpakkingen zelf kunnen worden gedrukt zodat geen papieren etiketten meer nodig zijn. Of aan verpakkingen die uit vele laagjes over elkaar bestaan, maar waarvoor nu beter te recyclen alternatieven worden ontwikkeld.’
De noodzakelijke systeemverandering kunnen de fabrikanten echter niet alleen volbrengen. ‘Het rapport is een oproep, ook aan de overheid: laten we samen ervoor zorgen dat we plastics na gebruik inzamelen. De weg naar verbranding is nog dominant, terwijl een groot deel van deze plastics kan worden gerecycled. Dit is nog een gemiste kans!’
PlasticsEurope vraagt ook breder te kijken dan naar alleen verpakkingen. ‘Verpakkingen zijn maar een deel van de gebruikte plastics. Van de plastics die bijvoorbeeld worden gebruikt in de bouw en in auto’s wordt gemiddeld maar pakweg 20 gerecycled. Daar moet een systeem worden opgezet om deze producten ook circulair te maken. De overheid moet daarin een sturende en faciliterende rol spelen; recycling van alle plastics moet “het nieuwe normaal” worden. Onze oproep is dus: help ons daarbij, want alleen kunnen we onze ambities niet waarmaken.’