De 53.000 Nederlandse land- en tuinbouwbedrijven spelen een grote rol in hoe Nederland eet, hoe ons land er uit ziet, en hoe het geld wordt verdiend. Boeren en tuinders zijn het fundament voor bijna een tiende van de economie, beheren 60 procent van het grondoppervlak en garanderen gezond, veilig voedsel voor een (te) lage prijs. Onafhankelijk onderzoeksbureau Direct Research vroeg op verzoek van LTO Nederland aan 1.038 Nederlanders hoe zij denken over boeren, tuinders, voedselproductie en duurzaamheid.
Twee op de drie Nederlanders zijn (zeer) positief over de land- en tuinbouw in Nederland, onder meer vanwege de deskundigheid, innovatiekracht en efficiëntie. Slechts 6 procent is negatief. Het belangrijkste van de land- en tuinbouw is volgens de Nederlander het welzijn en de gezondheid van mensen. Ook milieu- en natuurbehoud en voedselveiligheid vindt men belangrijke thema’s. Bescherming van het agrarisch landschap is voor 9 op de 10 Nederlanders (zeer) belangrijk. Van alle economische bedrijvigheid woont men het liefst naast land- en tuinbouw.
Duurzamer een verdienmodel?
Driekwart van de Nederlanders vindt dat ze duurzaam leven, bijvoorbeeld omdat ze afval scheiden, de verwarming lager zetten of korter douchen. 62 procent zegt al minder of niet te vliegen en 12 procent is dat van plan (26 procent juist niet). De ambities voor duurzaam gedrag zijn het grootst wat betreft het kopen van producten met duurzaamheidskenmerken: 1 op de 3 Nederlanders wil dat meer gaan doen. Opvallend is dat men tegelijkertijd relatief het minste effect van deze maatregel verwacht, en dat maar 20 procent het etiket gericht op duurzaamheid leest.
Het is een bekend fenomeen: de burger is veeleisend, maar de consument kiest bij het schap vaak toch voor het goedkoopste product. Uit het onderzoek blijkt dat er potentie zit in verduurzaming als verdienmodel: 50 procent geeft aan bereid te zijn een meerprijs te betalen voor een herkenbaar Nederlands product met hogere standaarden. 6 op de 10 willen bovendien een einde aan de kiloknaller – 15 procent is het daarmee oneens. Nederlanders zitten daarbij niet te wachten op oneerlijke concurrentie: 65 procent wil dat import uit landen met lagere standaarden op het gebied van milieu, mensenrechten of dierenwelzijn stopt.
Gezonde, toekomstgerichte agrarische sector blijft van belang
“We leven in een mooi én veeleisend land – wat betreft voedsel, de productie daarvan, en het beschermen van het agrarisch landschap en de natuur. Gelukkig zijn onze boeren en tuinders met hun hun innovatiekracht uitstekend in staat de vele opgaven aan te gaan. Tegelijkertijd gaat dat niet vanzelf, en kunnen we het ook niet alleen,” zegt Sjaak van der Tak, voorzitter van LTO Nederland.
“We zijn tevreden met de grote waardering voor onze sector. Dat neemt niet weg dat veel samenkomt op het erf: druk vanuit de markt, regelgeving, en steeds veranderende – soms tegenstrijdige – eisen van burger en consument. Bij gezonde producten hoort ook een duurzame prijs. Dat is actueler dan ooit. Als vereniging gaan we daarom volgende maand verder in gesprek met onze leden: wat mag de samenleving van ons verwachten, wat moet daar tegenover staan, en hoe organiseren we dat? Dit onderzoek biedt goede aanknopingspunten voor deze LTO Talks.”
Onderzoek
LTO heeft onafhankelijk onderzoeksbureau DirectResearch gevraagd te peilen hoe Nederlanders denken over boeren, tuinders, voedselproductie en duurzaamheid. Het kwantitatieve brede onderzoek onder 1.038 Nederlanders is na herweging op geslacht en leeftijd representatief voor alle Nederlanders (18+).